God maakt zichzelf bekend - ExodusVoorbeeld
De HEER bedreigt Mozes’ leven
Inleiding
Na de ontmoeting met God bij de berg Horeb lezen we vandaag over Mozes’ vertrek (vers 18-23), een mysterieus incident onderweg (vers 24-26), en over de demonstratie van Gods macht aan het volk (vers 27-31).
Toelichting
Mozes zegt tegen zijn schoonvader dat hij terug wil naar Egypte om te zien of de mensen van zijn volk (letterlijk ‘broeders’) nog leven. Daarmee pakt het verhaal de draad van Exodus 2:11 weer op. Daar ging Mozes ook uit naar zijn volk (broeders) om te weten hoe het met hen ging. Er is echter één heel groot verschil. In Exodus 2 greep Mozes in. Nu is het God die in gaat grijpen en is Mozes slechts het instrument waar de HEER (JHWH; ‘Ik ben’) doorheen werkt.
Na vertrek krijgt Mozes de opdracht om de wonderen, die God hem in Exodus 4 liet doen om het volk Israël te overtuigen dat God aan hem verschenen is, ook aan farao te laten zien. Farao zal echter niet gaan geloven zoals de Israëlieten, want God zorgt ervoor dat hij hardnekkig weigert het volk te laten gaan (vers 21). Dit verharden van farao’s hart is een belangrijk thema bij de plagen. Later zullen we hier verder op ingaan. Voor nu richten we ons op de bemoediging voor Mozes: het ligt niet aan hem dat farao niet naar hem zal luisteren.
Farao krijgt de keuze: of hij laat Gods eerstgeboren zoon gaan, of zijn eigen eerstgeboren zoon sterft. God noemt hier Israël zijn eerstgeboren zoon (vers 22). Om die reden kan farao er geen aanspraak op maken. Israël is, als zoon, geroepen om God te dienen en niemand anders. God bevrijdt Israël dus niet zodat het vrij is van dienstbaarheid, maar opdat ze Hem dienen en vereren (vers 23).
“Dit zegt de HEERE: Israël is mijn zoon, mijn eerstgeboren zoon.” (vers 22)
Onderweg naar Egypte komt de HEER op Mozes af en probeert hem te doden. Het door Sippora besnijden van haar zoon, zorgt ervoor dat de HEER Mozes met rust laat. Deze gebeurtenis laat het belang van de besnijdenis zien. Opnieuw legt de schrijver zo een link naar Genesis en de aartsvaders, waar Abraham immers opdracht kreeg om alle mannen en jongens te besnijden als verbondsteken (Genesis 17:9-14). Dit verbond met de aartsvaders is de reden dat God het volk gaat bevrijden (Exodus 2:24). Het houdt echter ook verbondsverplichtingen in. Ook voor Mozes, al is hij hoogstpersoonlijk door God zelf geroepen. Zoals de voorgaande verzen de consequenties laten zien voor farao (Egypte) als deze niet gehoorzaamt, zo laten deze verzen zien wat de consequenties zijn voor Mozes (Israël) als hij niet gehoorzaamt.
Toepassing
Israël is Gods eerstgeboren zoon (vers 22). Door Christus, Gods geliefde Zoon, zijn ook wij kinderen van God en mogen we Hem ‘Abba, Vader’ noemen (Romeinen 8:14; Galaten 4:6). Voor veel mensen is het, gezien hun relatie met hun aardse vader, helaas geen helpend beeld om over God als Vader te spreken. Bid voor hen. Dat ze het falen van hun aardse vaders niet projecteren op God, en ze open zullen staan voor het karakter van hun hemelse Vader.
Schrift
Over dit leesplan
Het boek Exodus begint met een volk dat in slavernij leeft en een God die afwezig lijkt en eindigt met een bevrijd volk dat voor God een tabernakel bouwt, die Hij vult met zijn heerlijkheid. Benieuwd hoe God Zichzelf in dit alles bekend maakt? Lees dit leesplan en ga mee op reis: een reis van redding naar roeping.
More
We willen Evangelisch College bedanken voor het verstrekken van dit plan. Ga voor meer informatie naar: https://www.evangelisch-college.nl