Maar wij zien Jezus - HebreeënVoorbeeld

Maar wij zien Jezus - Hebreeën

Dag 16 van 34

De risico’s van luiheid en gebrek aan groei

Na hun huidige toestand te hebben beschreven (Hebreeën 5:11-14), heeft de auteur de Hebreeën aangemoedigd (Hebreeën 6:1-3) door te groeien. Nu waarschuwt hij hen voor de risico’s als dat niet gebeurt.

Lees deze passage in context!

De auteur houdt zijn lezers een voorbeeld voor van hoe het niet moet (net zoals in Hebreeën 3): sommige mensen hebben Gods Woord gehoord en ervaren in al zijn kracht, maar toen zijn zij afvallig geworden. Ze kunnen dan niet meer bekeerd worden.

  • Wat bedoelt de auteur met ‘afvallig geworden’? Zo iemand heeft Christus afgewezen, want die afvalligheid houdt in dat zo iemand ‘voor zichzelf de Zoon van God opnieuw kruisigt en aan bespotting blootstelt’.
  • Het gevolg is, dat zo iemand niet opnieuw kan worden bekeerd. Want de Hebreeën zouden moeten weten dat ‘bekering’ binnen het nieuwe verbond alleen mogelijk is door Jezus, de Zoon van God. Je kunt nergens anders vergeving vinden dan bij Christus, in de schaduw van het kruis. Als je die Christus echter hebt afgewezen, hoe kun je je dan bekeren? Je hebt je dan al bij de spotters van Christus gevoegd, zoals die beschreven worden in Mattheüs 27:39-44 (HSV):
"En de voorbijgangers lasterden Hem, schudden hun hoofd, en zeiden: U Die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf. Als U de Zoon van God bent, kom dan van het kruis af! En evenzo spotten ook de overpriesters, samen met de schriftgeleerden en de oudsten en de Farizeeën, en zij zeiden: Anderen heeft Hij verlost, Zichzelf kan Hij niet verlossen. Als Hij de Koning van Israël is, laat Hij nu van het kruis afkomen en wij zullen Hem geloven. Hij heeft op God vertrouwd; laat Die Hem nu verlossen als Hij Hem welgezind is, want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon. Hetzelfde verweten Hem ook de misdadigers die met Hem gekruisigd waren".

De interpretatie van deze passage

Hebreeën 6:4-8 is één van de meest controversiële passages uit het Nieuwe Testament en wordt dan ook op veel verschillende manieren uitgelegd.

Het grote probleem bij de interpretatie van dit gedeelte is: gaan de beschreven kenmerken in vers 4-6 over echte gelovigen of over zogenaamde christenen? Met als vervolgvraag: kunnen wedergeboren christenen van hun geloof vallen? Je kunt de volgende standpunten tegenkomen:

De auteur beschrijft hier geen realiteit. Hij gebruikt zulke stevige taal omdat hij zijn waarschuwing goed wil laten aankomen. Deze tekst geeft dus geen antwoord op de vraag of wedergeboren christenen de kans lopen hun redding te verliezen, maar met deze woorden wil de schrijver vooral een effect bereiken: waarschuwen.

De kenmerken in vers 4-6 doelen op echte christenen, die hun relatie met Christus hebben verbroken en daar voor altijd de gevolgen van moeten zullen dragen. Opnieuw geboren christenen kunnen dus van God afdwalen of zich van God afkeren.

De woorden in vers 4-6 zijn zo vaag geformuleerd dat ze ook kunnen gaan over mensen die geen echte christenen zijn. Zij zijn nooit echt bekeerd en dat kun je zien, omdat ze niet zijn doorgegroeid als volgeling van Christus in leer en leven. Uit het feit dat ze uiteindelijk niet gered worden, blijkt dat ze nooit wedergeboren christenen zijn geweest.

Het thema in Hebreeën 6:4-6 komt terug in Hebreeën 10:26-31 en wordt ook door Petrus genoemd in 2 Petrus 2:21.

Wat wil de schrijver bereiken?

De schrijver van de Hebreeënbrief is hier niet bezig om een algemene dogmatiek met universele ‘statements’ te schrijven. Wellicht ken jij iemand die van Christus is afgedwaald, maar weer is teruggekeerd. Dit komt voor. De schrijver wil echter het uiterste risico van afdwalen - de rust mislopen - voorkomen. Als de lezers niet hun toewijding aan Jezus volharden, zijn ze als onvruchtbaar land en komen ze onder Gods oordeel. Dat kan een uiterste consequentie zijn van verflauwing. Ze moeten ‘gewassen opleveren’, dan ontvangen ze Gods zegen. Dit beeld doet denken aan Jesaja 5.

Het is de schrijver om zijn lezers te doen, lezers die hem aan het hart gaan. Het is dan ook belangrijk deze verzen niet als dogmatiek, maar als pastorale aanmoediging te lezen, ook samen met de vervolgverzen. Dit omdat de schrijver in die verzen juist weer een heel zachtmoedige toon aanslaat. Zo lees je zijn ernstige waarschuwing in de juiste context en in balans.

"Maar de aarde die dorens en distels voortbrengt, is verwerpelijk en de vervloeking nabij, waarvan het einde tot verbranding leidt" (Hebreeën 6:8, HSV).

Toepassing

De auteur wil zijn lezers aanmoedigen om ijverig te blijven in hun geloof en niet te verslappen. Voor welke uitleg je ook kiest, houd voorop dat de waarschuwing is bedoeld als aanmoediging om ijverig voor God te blijven in leer en leven. Hoe moedigt hij jou aan om volhardend bij Jezus te blijven?

Dag 15Dag 17

Over dit leesplan

Maar wij zien Jezus - Hebreeën

Hoe kun je in alle omstandigheden van het leven Jezus vasthouden? Dat is de vraag die de Hebreeënbrief beantwoordt! Wil jij je verdiepen in de rijkdom van de Hebreeënbrief met korte Bijbelstudies, weten hoe de brief jou motiveert om radicaal toegewijd te blijven en leren hoe je te midden van gebrokenheid toch vol vertrouwen kunt geloven? In dit leesplan ontdek je hoe jij je vast kunt houden aan Jezus.

More

We willen Evangelisch College bedanken voor het verstrekken van dit plan. Ga voor meer informatie naar: https://www.evangelisch-college.nl