Doeltreffend bidden - deel 3 Voorbeeld

Nehemia – het schietgebed

‘De koning zei tegen mij: Wat verzoekt u dan? Toen bad ik tot de God van de hemel’ (Nehemia 2:4, HSV).

Nehemia was een ware patriot en zijn hart was bedroefd, omdat zijn geliefde Sion verwoest was. Net als alle andere gelovige mannen, bracht hij de last van zijn hart in gebed. ‘Het gebeurde, toen ik deze woorden hoorde, dat ik ging zitten en begon te huilen. Ik bedreef enkele dagen rouw, terwijl ik voor het aangezicht van de God van de hemel vastte en bad’ (Nehemia 1:4, HSV). En wat een voorbeeld is dit gebed voor ons, een combinatie van verering, belijdenis, redenering en smeking (1:5-11). Dat het inwilligen van zijn verzoek – namelijk de wens om vier maanden lang de zijde van een despotische tiran uit het Oosten te verlaten – bijna tot de onmogelijkheden behoorde, was geen reden voor zijn geloof om de moed te verliezen. Hij was zeker van zijn God.

Aan geloof kan God geen weerstand bieden. Toen Nehemia bad, werkte God in het hart van de koning en plotseling was daar de gelegenheid waar Nehemia om gebeden had (2:1-6). Tussen de onverwachte vraag van de despoot en Nehemia’s moedige verzoek, zag hij kans om nog even snel te bidden. ‘Toen bad ik tot de God van de hemel’ (2:4). Niet alleen kreeg hij toestemming om naar Jeruzalem te gaan, maar ook werd de expeditie voorzien van al wat nodig was. Opnieuw was het gebed doorgedrongen tot de sfeer van het onmogelijke.

Zijn plan de campagne voor de herbouw van de stadsmuur was eenvoudig. Hij bad terwijl hij werkte en werkte terwijl hij bad. Als de vijanden hem uitlachten en het werk probeerden te verhinderen, zond hij een schietgebedje op en bleef bouwen (4:4-6). Dreigden ze met een aanval? ‘Doch wij baden tot onze God, en vanwege hun houding zetten wij dag en nacht een wacht tegen hen uit’ (4:9, NBG’51). Gebed was geen vervanging voor hard werken en een goede voorbereiding, en het werk was geen reden om niet te bidden. Hij bewaarde zijn gebeden niet voor speciale gelegenheden, al zijn activiteiten waren ermee doordrenkt. Hij deed geen geweldig wonder. Hij zag geen spectaculair visioen. Maar het gebed van zijn bezwaarde, gelovige hart leverde geweldige resultaten op. Hij meldt: ‘De muur werd (...) voltooid, na tweeënvijftig dagen’ (6:15). Laten ook wij schietgebedjes doen.