De les van de schoenmaker

Als je ergens goed in bent, is het moeilijk om bescheiden te blijven. Zodra mensen tegen je opkijken, om wat voor reden dan ook – bijvoorbeeld omdat je goed kan schrijven, gamen, gitaarspelen, foto’s maken op Insta of mooie kleren draagt – denk je al snel dat je bijzonder bent. En daarna denk je al snel dat je meer bijzonder bent dan de ander. Het gaat bijna vanzelf. Toch droeg Christus ons op om de ander in alle bescheidenheid belangrijker te achten dan onszelf (Filippenzen 2:3). Dat is lastig. En net zoals ‘gewone’ mensen moeten ook monniken deze les leren. Zo ook Antonius, die zich op een prachtige manier laat corrigeren door God.

Op een gegeven moment vroeg Antonius de Grote zich af: ‘Zou er iemand zijn die geestelijk net zo veel bereikt heeft als ik?’ Na deze gedachte wilde God Antonius nederigheid leren en in een droom liet Hij hem weten dat er een schoenmaker in de achterbuurt van Alexandrië woonde, die meer bereikt had dan hij.

De volgende ochtend stond Antonius vroeg op en haastte zich naar Alexandrië, waar hij de schoenmaker zocht. Toen hij de winkel was binnengegaan, nam Antonius plaats aan de balie en begon de schoenmaker allerlei vragen te stellen. De man wist niet wie de oude monnik was en terwijl de schoenmaker gewoon doorging met werken, antwoordde hij vriendelijk:

‘Vader, ik weet niet of ik iets bijzonders gedaan heb. Wanneer ik ‘s morgens opsta, bid ik eerst voordat ik aan het werk ga. Dan bedenk ik dat iedereen in deze stad, van de kleinste tot de grootste, het Koninkrijk van de Hemelen zal binnengaan door hun goedheid. En dat ik als enige door mijn ontelbare zonden verloren zal gaan. En voor ik ga slapen, doe ik precies hetzelfde.’

Toen Antonius dit hoorde stond hij op, kuste de man, omhelsde hem en zei emotioneel: 

‘Jij, mijn zoon, hebt als een goed koopman de uitzonderlijk waardevolle parel verkregen, zonder er veel moeite voor te doen (Mattheüs 13:45-46). Ik ben oud geworden in de woestijn, heb mij kapot gewerkt en veel gezweet, maar toch kom ik nog niet in de buurt van jouw nederige levenshouding.’

Nederigheid is best belangrijk en het is goed om daarover na te denken. Niet voor niets zei Jezus dat het koninkrijk van de hemel – de uitzonderlijk waardevolle parel – alleen voor mensen is die nederig van hart zijn (Mattheüs 5:3).