Proef en zie

Gelukkig zijn de mensen die ernaar hunkeren dat Gods wil wordt uitgevoerd, want zij zullen volkomen tevreden worden gesteld. Mattheüs 5:6, HTB

We beginnen

We weten allemaal wat honger is. Als baby's huilden we toen we honger hadden en als volwassenen raken we misschien wel geïrriteerd als we hongerig zijn ('hangry'). We kennen ook de honger waardoor we dingen willen opofferen of bereiken, een honger die onze gedachten bezighoudt, ons perspectief en onze ambities vormt. Geleidelijk gaat die honger onze identiteit vormen. Zoals dokters vaak zeggen: "We zijn wat we eten." Dat spreekwoord is net zo waar op geestelijk vlak.

Wanneer we alleen denken aan onze eigen ambities, huichelarij, materialisme, en ontrouw, zullen we uiteindelijk die karaktertrekken belichamen. Net zoals iemand die verslaaft is aan eten het hele pak met Pringles leegeet en dan een bak met Ben&Jerry's pakt, kunnen ook wij afglijden van morele compromissen naar diepere patronen van zelfverwoesting zoals gierigheid, begeerte, jaloezie en de andere hoofdzondes. Filosoof James K.A. Smith benadrukt de behoefte om de dingen waar we naar hongeren, over te geven. Dat wil zeggen, onze diepste verlangens en begeertes over te geven aan de heerschappij van Christus.

We worden opgeroepen om te hongeren en dorsten naar rechtvaardigheid.

Overdenking

De rechtvaardigheid die we moeten zoeken, is Gods verlossende genade, een genade die de mensheid zegent daar waar we het meest nodig hebben: in relatie tot God, in de vernieuwing van onze zielen, en in de structuren van de samenleving.

Opmerkingen

Gods rechtvaardigheid openbaart zijn glorie en strekt zijn genadige hand van verlossing uit. Jezus belichaamde deze rechtvaardigheid en nu kan iedereen die Hem in het geloof aanneemt, zijn verlossende zegen ervaren. Toen de tollenaar Mattheüs berouw toonde over zijn zonden, ervoer hij Gods gerechtigheid en zegen. Datzelfde gold voor de sekswerkers en degenen die als "zondaren" werden weggezet. Dus zei Jezus tegen de religieuze leiders: "Tolontvangers en hoeren zullen vast en zeker eerder in het Koninkrijk van God komen dan u." (Mattheüs 21:31, HTB) Geen wonder dat de joodse leiders Jezus wilden arresteren. Een alternatief Koninkrijk — Gods Koninkrijk — drong hun eigen religieuze economie binnen.

Donald Hagner zegt: "Deze zegening wordt niet aan presteerders gegeven, maar aan ontvangers." We moeten hard werken om die natuurlijke drang tegen te werken die iets in onszelf wil vinden wat Gods gunst verdient. Van begin tot eind worden we gered door Gods initiatief. Hoe kunnen we anders Gods aanvaarding verklaren van lafaards zoals Abraham of overspelers en moordenaars zoals David? (Zie Romeinen 4:1-8.) En hoe kunnen we ook ons eigen geloof verklaren?

Toepassing

De Kerkhervormers streden voor het evangelie van rechtvaardiging door geloof alleen, maar bleven ook herhalen dat ons geloof niet alleen blijft. Calvijn was ervan overtuigd dat "we niet dromen van een geloof zonder goede werken, en ook niet van een rechtvaardiging die het zonder ze kan." Eén met Christus komen we vervolgens het herstellende werk van de Geest tegen, dat op zijn beurt de vrucht van rechtvaardigheid bewerkstelligt (Galaten 5:22-23).

Op die manier transformeert Jezus onze honger van binnenuit. Maarten Luther zegt dat zo iemand "uit alle macht blijft werken en streven naar het bevorderen van het algemene welzijn en goede gedrag van iedereen, en [...] hij ondersteunt dit door woord en daad, door voorschrift en voorbeeld."

Degenen die hongeren en dorsten naar rechtvaardigheid zullen laten zien dat ze tevreden zijn gesteld terwijl ze steeds rechtvaardiger zullen leven — doch niet perfect. Honger en dorst jij naar rechtvaardigheid? Hoe wordt deze nieuwe begeerte in je leven getoond?