1
Genesis 16:13
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939
Toen noemde zij Jahweh, die met haar had gesproken: “Gij zijt een God, dien ik zie”. Want ze zeide: Waarachtig, ik heb God gezien; en ik leef nog, nadat ik gezien heb.
Thelekisa
Phonononga Genesis 16:13
2
Genesis 16:11
Nog sprak de engel van Jahweh tot haar: Zie, ge zijt zwanger; een zoon zult ge baren, En hem de naam van Jisjmaël geven; Want Jahweh heeft naar uw schreien gehoord.
Phonononga Genesis 16:11
3
Genesis 16:12
Hij zal een menselijke woudezel zijn, Zijn hand zal tegen allen wezen, En de hand van allen tegen hem; Verwijderd van al zijn broers zal hij wonen.
Phonononga Genesis 16:12
Ekuqaleni
IBhayibhile
Izicwangciso
Iividiyo