De eeuwige God treedt de tijd binnen

Paulus spreekt over de komst van Jezus naar de wereld als een groot mysterie. Hij schrijft:

'En buiten alle twijfel, groot is het geheimenis van de godsvrucht: God is geopenbaard in het vlees...' (1 Timotheüs 3:16, HSV).

De eeuwige God is in menselijke gedaante naar ons toegekomen, in de gedaante van een klein en weerloos mensenkind. Het is alsof God tegen Zichzelf heeft gezegd: ‘Ik weet wat Ik zal doen. Ik kom naar hen toe en wel zo dat ze mijn liefde kunnen zien en mijn liefde kunnen aanraken.’ Jezus, Gods volmaakte liefde, gewikkeld in een dekentje, in onze armen. In Hem werd Gods liefde voor mensen zichtbaar.

Dit is het Gods geheim: God werd mens en gaf Zichzelf de naam Jezus (Verlosser). Paulus noemt de geboorte van Jezus een groot mysterie: ‘God is geopenbaard in een sterfelijk lichaam.’ Paulus gebruikt het Griekse woord phaneroo. Het betekent niet ‘zich openbaren aan iemand’, maar ‘zich openbaren in iemand’. God heeft zich op een volmaakte wijze geopenbaard in Jezus. De manier waarop Jezus met mensen omging, is de manier waarop God met ons omgaat. God is barmhartig, zoals Jezus barmhartig is. God is rechtvaardig, zoals Jezus rechtvaardig is. God heeft lief, zoals Jezus liefheeft. Het is tijd dat we God leren kennen als de God die als Jezus is. Zoals Jezus is, zo is God. Zoals de Zoon is, zo is de Vader. Wie aan Jezus voorbijgaat, zal God nooit vinden.

Vanaf het moment dat de eeuwige God besloten had door een scheppingswonder mens te worden, zou Hij in deze mens voor altijd en eeuwig God én mens zijn. Jezus is God in vlees en bloed. God in eigen persoon. Dit mysterie lag verborgen in de woorden van Jezus, toen Hij zei: ‘Ik ben van voor de tijd dat Abraham er was’ (Johannes 8:58). Jezus Christus is God en mens in één persoon. Daarom zei Jezus: ‘Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien. (...) Wat Ik tegen jullie zeg, zeg Ik niet op eigen gezag, maar op gezag van de Vader die in Mij woont en door Mij werkt’ (Johannes 14:9-10). Jezus is de eeuwige vleesgeworden ‘Ik ben'. We kunnen Jezus nooit los zien van de Vader. Nu niet, toen niet en voor het ontstaan van de wereld niet.