God Kiezen Boven De WereldVoorbeeld

Lees: Genesis 29:1–30; Galaten 6:6–10; Hebreeën 12:6

SOAP: Galaten 6:7–9

Na zijn droom in Bethel vervolgt Jakob zijn reis. Hij komt bij een waterput die is afgedekt om het water beschikbaar te houden voor de kuddes uit de nabije omgeving. Als hij met de herders in gesprek raakt, ontdekt hij dat ze zijn oom Laban kennen en dat diens dochter met haar schapen naar diezelfde put onderweg is. Jakob begrijpt dat het door Gods voorzienigheid is dat Rachel, de dochter van de broer van zijn moeder, bij diezelfde put aankomt.

God werkt machtig in het leven van Jakob. Als Rachel bij de put aankomt, rolt Jakob de steen die de put afdekt weg zodat haar schapen kunnen drinken. De zegen van God over Jakobs leven brengt hem tot grote daden van dienstbaarheid aan anderen. Als hij vertrouwt op Gods leiding, maakt dat hem tot een zegen voor de mensen om hem heen.

Terwijl Jakob bij Laban verblijft, wordt hij verliefd op Rachel. Als tegenprestatie voor een huwelijk met haar, belooft Jakob zeven jaar voor Laban te werken. Maar, als het moment daar is dat Rachel aan Jakob gegeven zal worden, wordt de bedrieger bedrogen. In plaats van Rachel geeft Laban Lea, zijn oudste dochter, aan Jakob. Hoewel hij kort daarop ook met Rachel mag trouwen, moet Jakob opnieuw zeven jaar werken voor zijn tweede bruid.

Jakob plukt de vruchten van wat hij zelf gezaaid heeft. Hij heeft zijn vader en zijn broer bedrogen en nu wordt hij zelf bedrogen. Jakob was niet de eerstgeborene, maar toch heeft hij de zegen van de eerstgeborene gestolen. Laban bedriegt Jakob door hem zijn eerstgeboren dochter te geven. De overeenkomst is niet toevallig; God gebruikt het oneerlijke gedrag van Laban jegens Jakob als tuchtiging van Jakob voor zijn zonde van bedrog.

De zegen van God heeft twee kanten: ontmoetingen met God aan de ene kant en goddelijke tucht aan de andere kant. Als God ons laat zien wat onze zonden zijn en ons gelegenheid geeft om berouw te tonen, is dat wel degelijk een zegen. Ook al zal het niet altijd prettig of gemakkelijk aanvoelen, toch is ook de tucht van God een geschenk. Laten we blijven zaaien in de Geest, en ook de tucht van onze liefdevolle hemelse Vader aannemen, terwijl wij vruchten oogsten voor Zijn koninkrijk.