De fauna van het beloofde landVoorbeeld

DE KONING VAN DE (WILDE) DIEREN

Als het om wilde dieren in de Bijbel gaat, dan zouden we nog veel meer dagen kunnen vullen. Te denken valt aan de beer. Herder David vermoordde er één, maar we lezen ook over 42 kinderen die door een beer gedood werden toen ze de profeet Elia bespotten. Of wat denk je van het varken en zijn stoere neefje, het wilde zwijn? Die slaan we maar snel over, omdat dit onreine dier een gruwel is voor de Joden. Over de vos – o sorry… ik bedoel de in groepen levende jakhals – lezen we in Richteren 15, waar Simson er 300 van op een dag gevangen had. Of wat dacht je van de luipaard, hyena, jakhals of wolf?

Het lijkt mij goed om vandaag uit al die wilde dieren de leeuw te kiezen. Het is immers niet voor niets de koning van de dieren. Juda werd hiermee vergeleken door zijn vader Jakob, zo hebben we al eerder gezien. Meer dan 100 keer en in zo’n 10 verschillende benamingen komt dit koninklijke dier om de hoek kijken in de Bijbel.

Leeuwen in de Bijbel
Sommigen kunnen meepraten over zijn immense kracht. Simson bijvoorbeeld. Hij kreeg van God de bovennatuurlijke kracht om een leeuw te vermoorden, die vervolgens tot een bijenkorf voor de bijen werd.

Maar ook David heeft een stevige confrontatie met een leeuw gehad toen het dier schaap wilde eten. Hij schrijft in Psalm 22: Verlos mij uit de muil van de leeuw, en zegt even later: Ja, U hebt mij verhoord.

Door het geloof hebben zij muilen van leeuwen gesloten, lezen we in Hebreeën 11. De schrijver moet vast gedacht hebben aan Daniël, die een nacht in de kuil met leeuwen doorbracht.

Salomo liet beelden van leeuwen plaatsen in de tempel van God en liet de leeuwen op meerdere plekken graveren. Bij zijn eigen troon maakte hij het nog bonter; lees het straks maar in het gedeelte vanuit 1 Koningen.

De leeuw als vergelijking
Zowel de duivel alsook God Zelf worden in verband gebracht met de leeuw. Petrus waarschuwt: "Wees nuchter en waakzaam; want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden" (1 Petrus 5:8, HSV).

In een tijd waarin God – met eerbied gesproken – nog wel eens neergezet wordt als een soort Sinterklaasachtige vader, heeft de volgende indrukwekkende tekst mij lang beziggehouden. In de tekst ziet Jeremia de Heere God als een roofdier dat hem wil verslinden. Het staat in Klaagliederen 3:10, HSV: "Een loerende beer is Hij voor mij, (...) een leeuw op verborgen plaatsen". De leeuw is, behalve machtig, koninklijk en stoer, soms dus ook extreem bedreigend.

Wát een impact heeft het om een volwassen leeuw te horen en zien brullen. Niet voor niets wordt de leeuw vaak afgebeeld als figuur op een vaandel of als beeld. Het geeft macht, stoerheid en autoriteit weer. God als de Schepper gebruikt als het ware ook de leeuw in zijn vaandel. De leeuw uit de stam van Juda. De overwinnaar uit de strijd: Koning Jezus.

Jezus: Leeuw en Lam
Toen Johannes huilend op Patmos zat, vanwege het beeld dat niemand in de hemel de boekrol [van het boek van het Leven] kon openen, kwam één van de ouderlingen naar hem toe. "En één van de ouderlingen zei tegen mij: Huil niet. Zie, de Leeuw Die uit de stam van Juda is, de Wortel van David, heeft overwonnen om de boekrol te openen en zijn zeven zegels te verbreken" (Openbaring 5:5, HSV).

Wie is als Hij? De Leeuw, maar ook het Lam, gezeten op de troon.
Prijs Adonai, alle naties van de aarde, alle heiligen, aanbidt Hem!