Zaad in Gods akkerVoorbeeld

De gelijkenis van de zaaier

Jezus gaf mensen onderwijs over Gods Koninkrijk. Vaak deed Hij dat door gelijkenissen. Dat waren korte, eenvoudige verhalen over het dagelijks leven die een diepere betekenis hadden. Elke gelijkenis bevatte een geestelijke les, maar deze lessen waren niet altijd eenvoudig te begrijpen. Het was zelfs Jezus’ bedoeling dat alleen mensen die er echt voor open stonden om van God te leren, de gelijkenissen zouden begrijpen. Als je de waarheid over Gods Koninkrijk wilt bevatten, vraagt dat zorgvuldig luisteren.

De gelijkenis die we vandaag lezen is in alle drie synoptische evangeliën beschreven. Ze gaat over een zaaier die eropuit ging om te zaaien. De zaadjes vielen op verschillende plaatsen: op het pad, in stenige grond, tussen doornen en in goede aarde. De uiteindelijke groei en opbrengst (of gebrek aan groei) hing niet af van de kwaliteit van het zaad, maar van de kwaliteit van de grond.

We zullen later nog dieper ingaan op de verschillende soorten grond, maar nu letten we op de zaaier en het zaad. Jezus maakt duidelijk dat het zaad het Woord van God is (Lukas 8:11). Als dit Woord verkondigd wordt, wordt het “gezaaid” in het hart van mensen. De zaaier in de gelijkenis is Jezus Zelf, die gestuurd was om het goede nieuws over Gods Koninkrijk te prediken (Lukas 4:43). Maar dit zaaien was niet beperkt tot de tijd dat Jezus lichamelijk op aarde aanwezig was.

Kun jij gelegenheden bedenken waar Gods Woord ook nu nog “gezaaid” wordt?