Regrets

We beginnen vandaag met de woorden uit vers 17 van hoofdstuk 15: “Toen kwam hij tot zichzelf”, “Toen kreeg hij spijt”, of “Toen kwam hij tot inkeer”. Er gebeurde iets in het hart van deze man en dat zette hem aan tot actie: hij stond op en ging terug naar zijn vader. Hij kwam thuis.

Kijk ook nog eens naar Jezus' woorden over “inkeer”, of “bekering” in vers 31 en 32 van hoofdstuk 5. Vandaag zouden sommige jongeren zeggen dat de jongste zoon uit Jezus’ gelijkenis “een 180” maakt. Hij draait zichzelf helemaal, 180 graden, om.

Van het een naar het ander. Van het oude naar het nieuwe.

In deze aflevering van The Chosen kijken we naar Mattheüs. Hij had een ‘verleden’. Vroeger was hij tollenaar en daarmee was voor de meeste mensen genoeg gezegd. Maar niet voor Jezus. Jezus gaat niet aan de andere kant van de straat voorbij, of spuugt niet in zijn richting, maar nodigt hem uit: “Kom, volg Mij”. Mattheüs doet het. Hij maakt een 180, een totale omkeer - en volgt Jezus.

Maar hij draagt nog wel een hele lading aan 'regrets' met zich mee. Dingen waar hij spijt van heeft en waarover hij zich enorm schaamt.

Maria zit met hem te praten en nodigt hem uit om te geloven. Geloven is een ander woord voor ‘vertrouwen’, of ‘rekenen op’. Te geloven in Jezus wel te verstaan. Niet meer de focus op jezelf en je al dan niet kunnen, maar de volle focus op Hem. Dat maakt de dingen anders.

Misschien heb jij ook wel ‘regrets’. Dingen waarvan je spijt hebt als je eraan terugdenkt en waarvoor je je schaamt. ‘Had ik maar …’ Het zou zomaar kunnen dat die dingen je in de weg zitten en je verlammen om te doen wat Jezus van je vraagt.

Dan wil ik je vandaag uitnodigen om naar Jezus te kijken. Om die dingen waar je spijt van hebt aan Hem te vertellen. Hij weet het immers al?

Het mooie is dat je in vers 32 van hoofdstuk 5 leest dat Jezus niet kwam voor de ‘goede’ mensen, maar voor hen die een redder nodig hebben.

En als je het verhaal in hoofdstuk 15 nog een keer leest, zie je dat wanneer de zoon in actie komt en naar huis gaat om zijn vader te vertellen dat hij domme en verkeerde keuzes heeft gemaakt, de vader al met een open hart en open armen op hem staat te wachten.

En dat doet Hij nog steeds bij iedereen die naar Hem toekomt.

Neem de volgende vragen eens mee om over na te denken:

• Zijn er dingen waar jij spijt van hebt?
• Ben je daar al mee naar Jezus gegaan?

Gebed: “Heer Jezus, dank U wel dat U mijn hart en mijn leven kent. U weet dat daar dingen bij zitten die niet mooi zijn. Dingen waar ik me voor schaam. Dingen waarvan ik liever niet wil dat anderen ze weten. Dan denk ik aan … [vul voor jezelf in]. Ik beken Heer, en breng het vandaag bij U. Dank U wel voor Uw vergeving. Dank U dat U me in Uw armen sluit. Me welkom heet. Dank U dat ik U mag volgen, ondanks mijn falen. Dat is mijn verlangen. Elke dag. Amen.”