Ik kom jullie goed nieuws brengenVoorbeeld

Jezus’ geboorte werd aangekondigd aan een groep herders

“En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal, namelijk dat heden voor u geboren is de Zaligmaker, in de stad van David; Hij is Christus, de Heere” (Lukas 2:10-11, HSV).

Nóg een keer werd een engel door God naar de aarde gestuurd om Jezus’ geboorte bekend te maken. Dit was geen vooraankondiging meer, zijn komst was nu een feit. De engel werd niet naar het koninklijk paleis gestuurd om koning Herodes of de Romeinse bestuurders op de hoogte te stellen. Hij ging ook niet naar de godsdienstige leiders. Het nieuws van Jezus’ geboorte werd het eerst gebracht aan een groep herders die in het veld overnachtten om op hun schapen te passen.

Net als Zacharias en Maria schrokken de herders van de plotselinge verschijning van de engel. Die stelde hen echter gerust: in plaats van angst kwam hij “grote blijdschap” brengen. Niet alleen voor deze herders, maar voor heel het volk. De beloofde Verlosser was geboren!

De engel gaf ook een teken ter bevestiging van dit geweldige nieuws. “En dit zal voor u het teken zijn: u zult het Kindje vinden in doeken gewikkeld en liggend in de kribbe.” Dit teken vroeg nog steeds om vertrouwen op de woorden van de engel. Aan niets was immers te zien dat deze baby de Heer was. Zoals Jesaja het eeuwen eerder al zei: “Onopvallend was zijn uiterlijk, hij miste iedere schoonheid.” En toch was deze baby de Zoon van God.

Alle eer aan Jezus Christus die zó diep wilde neerdalen om ons mensen te redden!