Bidden en werken; Het inspirende voorbeeld van NehemiaVoorbeeld

Een bijzondere positie geeft een bijzondere verantwoordelijkheid

“Och, Heere, […] Doe Uw dienaar vandaag toch slagen en geef hem barmhartigheid bij deze man...” (Nehemia 1:11, HSV).

Nehemia besloot zijn gebed met de vraag of God ervoor wilde zorgen dat koning Artaxerxes hem welgezind was. Want, staat er als uitleg voor ons als lezers bij, Nehemia was de schenker van de koning — een van de hoogste ambten aan het Perzische hof. Een schenker had heel regelmatig contact met de koning. Hij was dus in de positie om de koning een verzoek te doen, in dit geval om koninklijke steun voor de mensen in Jeruzalem. Tegelijk was Nehemia maar een dienaar. Als hij iets zou vragen wat de koning niet beviel, was zijn carrière en misschien zelfs zijn leven in gevaar. Dat risico was reëel, want Nehemia’s verzoek om hulp voor het volk Israël zou ingaan tegen een eerder besluit van de koning dat Jeruzalem niet herbouwd mocht worden (zie Ezra 4:17-23).

Geen wonder dat Nehemia in zijn maag zat met deze verantwoordelijkheid. Hij kon zijn volk mogelijk helpen door de koning te benaderen, maar zijn poging zou ook zomaar op een mislukking kunnen uitlopen.

Een vergelijkbare situatie zien we bij koningin Esther. Zij pleitte met gevaar voor eigen leven voor het welzijn van haar volk. Want, hield haar oom haar voor, “Wie weet of jij niet juist voor een tijd als deze tot deze koninklijke waardigheid gekomen bent.”

Wat vind jij, hebben mensen die de mogelijkheid hebben om anderen te helpen, ook de plicht om dat te doen? En hoe zit dat als ze zelf gevaar lopen door hun hulpvaardigheid?