Geloof; Deel 2 van 3Voorbeeld

Wie gelooft, wordt zalig

“… en verkrijgt u het einddoel van uw geloof, namelijk de zaligheid van uw zielen” (1 Petrus 1:9, HSV).

Geloven is een levenslang proces, met hoogte- en dieptepunten. Maar het vers van vandaag vraagt onze aandacht voor het einddoel van het geloof, “de zaligheid van uw zielen”. Of, in een andere vertaling, “uw redding”. Wat houdt deze uiteindelijke redding of zaligheid dan precies in? Daar zijn profeten al eeuwenlang nieuwsgierig naar, en zelfs engelen zouden het graag willen weten. Stukje bij beetje is ons steeds meer geopenbaard. We weten dat we na ons sterven voor eeuwig bij de Heere God mogen zijn. We weten dat Hij een nieuwe hemel en aarde zal scheppen, waar geen plaats meer is voor zonde en verdriet. Johannes schrijft zelfs: “... Wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is” (1 Johannes 3:2, HSV).

De volle werkelijkheid en omvang van het behoud zal echter pas gezien en ervaren worden in de toekomst, als Jezus Christus terugkomt op aarde. Daarom spreekt 1 Petrus 1:13 over “de genade die u gebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus”. 1 Petrus 1:4 noemt het“een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt voor u”. Als het moment gekomen is dat gelovigen die erfenis ontvangen, is hun geloof tot zijn einddoel gekomen. Dan mogen ze de Heere Jezus met eigen ogen zien. Verlang jij daarnaar? Wat versterkt dat verlangen?