In het verborgeneVoorbeeld

Vandaag wil ik je meenemen naar Mattheüs 6 vers 1. In dit vers zegt Jezus dat we moeten voorkomen dat we goede daden verrichten om door anderen gezien te worden. Het eerste wat in me opkwam toen ik hierover nadacht, was dat we dus dingen in het verborgene moeten doen. Maar dit zou in tegenspraak zijn met zijn woorden in Mattheüs 5 vers 16, waar Hij ons aanmoedigt ons licht te laten schijnen, zodat de mensen onze goede daden zien en onze hemelse Vader eren. Dus is het wel juist dat anderen het niet mogen zien?

Naar mijn mening draait het niet om het wel of niet gezien worden door anderen, maar vooral om de reden waarom we deze goede daden verrichten. Jezus zegt niet dat we onze goede daden niet moeten tonen, maar dat we moeten oppassen dat we ze niet verrichten om gezien te worden. Zie je het subtiele verschil? Het is prima als mensen ons zien, maar we mogen het nooit om die reden doen. Ons 'waarom' is van groot belang! Het draait er namelijk niet om dat mensen ons zien, maar dat ze de Vader door ons zien.

Als ik hierover nadenk, moet ik denken aan routeborden of bewegwijzering. Het is belangrijk dat je die borden ziet, omdat ze je de weg wijzen, maar die borden wijzen nooit naar zichzelf; ze wijzen altijd naar de bestemming. Zo mogen wij ook zichtbaar zijn, niet om gezien te worden, maar om mensen naar onze Vader te leiden.