Niet alleenVoorbeeld

Blijf samenkomen

Lees: Hebreeën 10:19–25

SOAP: Hebreeën 10:24–25 (HSV)

"En laten wij op elkaar letten door elkaar aan te vuren tot liefde en goede werken. Laten wij de onderlinge bijeenkomst niet nalaten, zoals het bij sommigen de gewoonte is, maar elkaar aansporen, en dat zoveel te meer als u de grote dag ziet naderen."

Overdenking
Toen Jezus op het kruis stierf, scheurde het voorhangsel, de scheiding tussen de mensen en God, in tweeën. Er staat ons niets meer in de weg om in zijn tegenwoordigheid te komen. We hoeven niet meer naar een tempel waar we iemand anders nodig hebben om voor ons te bidden. Wijzelf zijn een levende tempel voor Jezus. Hij is met ons, voorgoed. We mogen erop vertrouwen dat Hij er is als wij naar Hem toe gaan, en dat Hij luistert.

En omdat wij de hoop die wij hebben in Jezus vasthouden, mogen wij in dat vertrouwen ook samen komen. Het is deze hoop en dat vertrouwen dat God zijn beloften zal houden, die ons sterken om nog meer liefde te geven en nog meer te dienen. Als wij in onze plaatselijke kerk samenkomen als geloofsgemeenschap dan geeft dat ons gelegenheid om elkaar te bemoedigen, terwijl wij samen werken aan dat ene doel: om de blijde boodschap van het evangelie, die mensenlevens kan veranderen, met zoveel mogelijk mensen te delen.

We zullen allemaal onderweg wel eens ontmoedigd raken. Dan worden we moe en vragen ons af of het helpen bouwen aan die Bijbelse gemeenschap al dat harde werk, die afwijzing en die onzekerheid wel waard is. Daarom hebben we elkaar nodig; dus als die dag komt dat we bemoediging en motivatie nodig hebben om verder te kunnen, dan hebben we daar iemand om voor ons te bidden, ons moed in te spreken en ons te helpen die volgende stap te nemen.

God houdt altijd zijn beloften. Hoe moeilijk het ook wordt of hoe traag alles lijkt te gaan bij het volgen van Jezus, je bent nooit alleen. Je bent geschapen voor gemeenschap met God, met vrienden en familie, en met de plaatselijke gemeente. Jouw gemeente heeft de volle inbreng van je hele zelf nodig, van alles zoals God je gemaakt heeft, om dat plekje op te vullen dat Hij speciaal voor jou heeft klaargemaakt.