MarkusVoorbeeld

Donderdag

Lees: Markus 5:1–20 

SOAP: Markus 5:19–20

Tijdens Zijn werk hier op aarde zorgde Jezus voor vele mensen. Hij genas hen niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk. Toen Jezus een man tegenkwam die bezeten was door demonen, zorgde Hij voor deze man, terwijl Hij tegelijkertijd ook Zijn macht en gezag liet blijken. 

In dit gedeelte wordt Markus’ vraag wie Jezus is door de demonen beantwoord met “Jezus, Zoon van God de Allerhoogste” (Markus 5:7). Toen Jezus de demonen uitdreef, toonde Hij Zijn gezag en Zijn macht. De demonen vreesden Hem, omdat ze wisten wie Hij was. Alleen de Heer van hemel en aarde heeft macht om demonen uit te drijven! Jezus toonde echter ook een diep mededogen tijdens deze uiting van gezag en macht. Hij was genadig voor deze man en bevrijdde Hem van zijn aandoening. 

Nadat de man was genezen, wilde hij Jezus volgen. Jezus zei hem echter dat hij naar zijn huis moest gaan en aan anderen moest vertellen wat Hij voor hem had gedaan. Er waren enkelen in het dorp die hadden gezien wat Jezus kon doen, maar deze man had een krachtig getuigenis van Jezus’ genade. Wij hebben ook een krachtig getuigenis, wanneer wij vertellen van Gods trouw en genade voor ons. Laten wij trouwe getuigen zijn van Gods werk in ons leven, waarheen Hij ons ook zendt. 

Gebed

Heer, Uw werk in mijn leven is ontzagwekkend. Open mijn ogen, zodat ik Uw leidende hand elke dag in mijn leven mag zien. Geef mij de moed om Uw trouw te delen met de mensen om mij heen. In Uw Naam bid ik U, Amen.