Exodus 32:27-28

Exodus 32:27-28 NBG51

En hij zeide tot hen: Zó zegt de HERE, de God van Israël: Ieder gorde zijn zwaard aan zijn heup en ga heen en weer door de legerplaats van poort tot poort en dode, ieder zijn broeder en ieder zijn verwant en ieder zijn naaste. De Levieten deden naar het woord van Mozes en er vielen van het volk op die dag ongeveer drieduizend man.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met Exodus 32:27-28