U bestraft de vervloekte hoogmoedigen,
die van Uw geboden afdwalen.
Wentel smaad en verachting van mij af,
want ik heb Uw getuigenissen in acht genomen.
Zelfs toen vorsten op hun troon gezeten tegen mij spraken,
overdacht Uw dienaar Uw verordeningen.
Ja, Uw getuigenissen zijn mijn bron van blijdschap,
zij zijn mijn raadgevers.
Mijn ziel kleeft aan het stof;
maak mij levend overeenkomstig Uw woord.
Ik heb U mijn wegen verteld en U hebt mij verhoord;
leer mij Uw verordeningen.
Geef mij inzicht in de weg van Uw bevelen,
dan zal ik Uw wonderen overdenken.
Mijn ziel weent tranen van verdriet;
richt mij op overeenkomstig Uw woord.
Laat de weg van de leugen van mij wijken,
schenk mij genadig Uw wet.
Ik heb de weg van de waarheid gekozen,
Uw bepalingen heb ik mij voor ogen gesteld.
Ik kleef vast aan Uw getuigenissen;
HEERE, beschaam mij niet.
Ik zal de weg van Uw geboden lopen,
wanneer U mijn hart verruimd hebt.
HEERE, leer mij de weg van Uw verordeningen,
en ik zal die in acht nemen tot het einde toe.
Geef mij inzicht, dan zal ik Uw wet in acht nemen;
ja, ik zal mij er met heel mijn hart aan houden.
Doe mij treden op het pad van Uw geboden,
want daarin vind ik vreugde.
Neig mijn hart naar Uw getuigenissen
en niet naar winstbejag.
Wend mijn ogen af, zodat zij niet zien wat nutteloos is;
maak mij levend door Uw wegen.
Bevestig Uw belofte aan Uw dienaar,
die Uw vreze is toegedaan.
Wend van mij af de smaad, waarvoor ik beducht ben,
want Uw bepalingen zijn goed.
Zie, ik verlang naar Uw bevelen,
maak mij levend door Uw gerechtigheid.
Laat Uw blijken van goedertierenheid over mij komen, HEERE,
Uw heil overeenkomstig Uw belofte.
Dan heb ik hem die mij hoont iets te antwoorden,
want ik vertrouw op Uw woord.
Ontruk het woord van de waarheid niet geheel en al aan mijn mond,
want ik hoop op Uw bepalingen.
Dan zal ik steeds Uw wet in acht nemen,
voor eeuwig en altijd.
Ik zal wandelen op ruime baan,
omdat ik Uw bevelen gezocht heb.
Ook zal ik voor koningen spreken over Uw getuigenissen
en mij niet schamen.
Ik verblijd mij in Uw geboden,
die ik liefheb.
Ik hef mijn handen op naar Uw geboden,
die ik liefheb, en overdenk Uw verordeningen.