Kinderen, wees je ouders gehoorzaam in de Heere, want dat is juist.
Eer je vader en moeder (dat is het eerste gebod met een belofte),
opdat het je goed gaat en je lang leeft op de aarde.
En vaders, wek geen toorn bij uw kinderen op, maar voed hen op in de onderwijzing en de terechtwijzing van de Heere.
Slaven, wees, evenals aan Christus, gehoorzaam aan uw heer naar het vlees, met vrees en beven, oprecht van hart,
niet met ogendienst, als mensenbehagers, maar als slaven van Christus; doe zo van harte de wil van God,
en dien met bereidwilligheid de Heere en niet de mensen.
U weet immers dat wat ieder aan goeds gedaan heeft, hij dat van de Heere terug zal krijgen, hetzij slaaf, hetzij vrije.
En heren, doe hetzelfde bij hen; laat het dreigen achterwege. U weet toch dat ook uw Heere in de hemelen is en dat er bij Hem geen aanzien des persoons is.
Verder, mijn broeders, word gesterkt in de Heere en in de sterkte van Zijn macht.
Bekleed u met de hele wapenrusting van God, opdat u stand kunt houden tegen de listige verleidingen van de duivel.
Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten.