De Spreuken van Salomo 24:30-34

De Spreuken van Salomo 24:30-34 STV

Ik ging voorbij den akker eens luiaards, en voorbij den wijngaard van een verstandeloos mens; En ziet, hij was gans opgeschoten van distelen; zijn gedaante was met netelen bedekt, en zijn stenen scheidsmuur was afgebroken. Als ik dat aanschouwde, nam ik het ter harte; ik zag het, en nam onderwijzing aan; Een weinig slapens, een weinig sluimerens, en weinig handvouwens, al nederliggende; Zo zal uw armoede u overkomen als een wandelaar, en uw velerlei gebrek als een gewapend man.