Spreuken 24:30-34
Spreuken 24:30-34 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Ik ging voorbij den akker eens luiaards, en voorbij den wijngaard van een verstandeloos mens; En ziet, hij was gans opgeschoten van distelen; zijn gedaante was met netelen bedekt, en zijn stenen scheidsmuur was afgebroken. Als ik dat aanschouwde, nam ik het ter harte; ik zag het, en nam onderwijzing aan; Een weinig slapens, een weinig sluimerens, en weinig handvouwens, al nederliggende; Zo zal uw armoede u overkomen als een wandelaar, en uw velerlei gebrek als een gewapend man.
Spreuken 24:30-34 Herziene Statenvertaling (HSV)
Ik ging langs de akker van een luiaard, ja, langs de wijngaard van een mens zonder verstand. En zie, hij was helemaal vol gegroeid met netels, distels bedekten zijn oppervlak, en zijn stenen muur was afgebroken. Toen ik het zelf aanschouwde, nam ik het ter harte, ik zag het en nam vermaning aan: een beetje slapen, een beetje sluimeren, een beetje liggen met gevouwen handen, zo komt uw armoede over u als een wandelaar en uw gebrek als een gewapend man.
Spreuken 24:30-34 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Ik ging langs de akker van een luiaard en langs de wijngaard van een verstandeloos mens, en zie, hij was geheel begroeid met distels, met onkruid bedekt, zijn stenen muur was neergehaald. Toen ik dit aanschouwde, nam ik het ter harte, toen ik het zag, trok ik een les daaruit: nog even slapen, nog even sluimeren, nog even liggen met gevouwen handen, daar komt uw armoede aangelopen en uw gebrek als een gewapend man.
Spreuken 24:30-34 Het Boek (HTB)
Ik liep langs de akker van een luiaard en langs de wijngaard van een onverstandig mens: hij stond vol distels en werd overwoekerd door onkruid, de stenen muur er omheen was afgebrokkeld. Ik zag dat en nam het ter harte, ik trok daar mijn les uit. Nog even slapen, een beetje soezen, nog eventjes lekker liggen, uw armoede is in aantocht en de gebrekkige omstandigheden overvallen u.
Spreuken 24:30-34 BasisBijbel (BB)
Ik liep eens langs de akker van een lui, onverstandig mens. Ik kwam langs zijn wijngaard. Hij stond vol met doornstruiken en onkruid. De muur er omheen was ingestort. Toen ik dat zag, wist ik wat ik daarvan kon leren: Als je steeds zegt: 'Nog even slapen, nog even doezelen, nog even lekker liggen met mijn handen achter mijn hoofd,' komt je armoede eraan, zo snel als een hardloper. Gebrek overvalt je zo plotseling als een rover.