Advent: Jezus, vervulling van Gods plan Sample

Een steen die alle naties moeten heffen

Gisteren lazen we over het komende feestmaal waar de volkeren het glas zullen heffen op de Messias. Jezus zelf had tegen zijn leerlingen gezegd dat Hij pas weer met hen de wijn zou drinken in zijn Koninkrijk.

Maar vandaag lezen we dat daar dingen aan vooraf gaan: de tegenstand van de machten van de duisternis, die de volkeren gebruiken in hun afkeer van God en hun weerzin tegen Jeruzalem.

Het liefst zouden ze Gods Koninkrijk tegen houden. Gelukkig gaat dat niet. Dat lezen we hier in Zacharia.

We lezen zelfs dat de Heere zelf de haat jegens Hem en zijn volk tot een dieptepunt laat komen. De volkeren willen en zullen Jeruzalem heffen als een lastige steen, als een beker sterke drank waar ze niet vanaf kunnen blijven. God geeft ze over aan hun waan, aan de roes waarin ze verkeren.

Als de VN bijeenkomt om zich uit te spreken over Jeruzalem wordt, met een grote meerderheid van stemmen uitgesproken dat de Tempelberg enkel en alleen een islamitisch heiligdom is. Slechts enkele landen stemmen daar tegen of onthouden zich van stemming.

De dagen en jaren van Advent zijn dus ook dagen en jaren van donkerheid. Dat is wat Jesaja ook profeteert: Duisternis zal de aarde bedekken en donkerheid de volken, voordat het Licht zal opgaan over Jeruzalem.

Gebed

Wij bidden dat de Heere spoedig zijn heerlijkheid zal tonen voor het oog van de wereld in het midden van Israël en Jeruzalem. Wij bidden dat wij waakzaam mogen zijn en als christenen met gebed een muur rond Jeruzalem zullen vormen.