Trouw te midden van ongeloofVoorbeeld

Hoop in een hopeloze plek

Lees: Daniël 3:19-30; Romeinen 5:1-5

SOAP: Daniël 3:28

We kunnen ons voorstellen dat een koning die dacht dat niemand machtiger was dan hij, woedend werd toen deze drie mannen zijn gezag uitdaagden. Nebukadnezar gaf opdracht om de vuuroven zevenmaal heter te stoken dan men gewend was. De hitte was zo groot dat de mannen die Sadrach, Mesach en Abed-Nego naar de oven brachten, onmiddellijk dood neervielen. De drie vrienden vielen met boeien om in de oven. De situatie zag er hopeloos uit.

Maar God is groter dan alles wat Hij geschapen heeft. God was van plan om de koning te laten zien Wie er werkelijk alle macht en gezag heeft. Plotseling zijn er viér mannen die ongeboeid in het vuur rondwandelen. De vierde man beschrijft Nebukadnezar als volgt: ‘de aanblik van de vierde lijkt op die van een zoon van de goden.’

Nebukadnezar gaat zelf naar de deur van de oven en roept de ‘dienaren van de allerhoogste God' naar buiten. Wat bedoeld was als doodstraf, gebruikt God om aan te tonen dat Hij de bron van al het leven is.

Als ze uit de oven komen, zien de mensen dat Sadrach, Mesach en Abed-Nego helemaal ongedeerd zijn. Ook hun kleding is nog intact, en ze ruiken zelfs niet naar het vuur! God heeft hen volkomen beschermd tegen alles waartoe vuur in staat is. Nebukadnezar prijst de God die Sadrach, Mesach en Abed-Nego heeft gered. Hij prijst ook hun vertrouwen op hun God, waardoor ze bereid waren liever hun leven te riskeren dan welke andere god ook te vereren. Hij erkent dat er geen andere god is die zo kan redden. Koning Nebukadnezar begrijpt het nog steeds niet helemaal, maar geleidelijk begint hij beter in te zien Wie God is. En God is zo goed en geduldig om hem te blijven roepen.

Sadrach, Mesach en Abed-Nego konden roemen in hun verdrukking, en hun verdrukking bracht volharding teweeg en hoop. Ook wij zullen vaak beproevingen van ons geloof meemaken. Maar zoals Paulus schrijft: De hoop die voortkomt uit de verdrukking “beschaamt niet” (Romeinen 5:5). We weten dat we de almachtige God dienen Die altijd met ons gaat, zelfs door het vuur.

Gebed

Genadige, liefdevolle God, U bent de God van hoop, ook als alles hopeloos lijkt. U bereidt de weg voor die ik moet gaan, en U weet wat ik nodig heb, nog voordat ik het zelf weet. Help mij bewust te zijn van de zekerheid en de hoop die ligt in mijn behoudenis, zodat ik in beproevingen kan standhouden. Amen.