Bible Breakdown - JudasVoorbeeld

Oproep tot heiligheid

Gisteren hebben we gelezen hoe Judas waarschuwt tegen mensen die de gemeente zijn binnengedrongen, Gods genade misbruiken en Jezus niet de heerschappij over hun leven geven. In de daarop volgende verzen legt hij uit waarom het belangrijk is om Jezus die volledige heerschappij te geven. Hij herinnert de lezers daarbij aan drie voorbeelden uit hun geschiedenis:

1. God heeft de Israëlieten die Hem niet geloofden, toen Hij hen verloste uit Egypte, het Beloofde Land niet in laten gaan (Numeri 26:64-65).
2. God heeft de engelen, die tegen Hem rebelleerden, gevangen gezet, totdat zij hun oordeel krijgen (2 Petrus 2:4).
3. God heeft Sodom en Gomorra, steden waar allerlei vormen van hoererij plaatsvonden, verwoest (Genesis 18:16-33 en Genesis 19:1-29).

Wat bedoelt Judas hiermee te zeggen?

Hij wil de lezers eraan herinneren dat God niet alleen een God vol genade is, maar ook een heilig God. Goddeloosheid kan daar niet mee verenigd worden. Judas voelt zich daarom genoodzaakt om hen zo scherp aan te spreken, omdat ze moedwillig doorgaan met hun goddeloze gedrag. Hij wil elke gelovige waarschuwen om daar geen deel aan te hebben.

In vers 8 benoemt hij dit gedrag: dat ze hun lichaam op dezelfde wijze bezoedelen [als in Sodom & Gomorra], dat ze het gezag verwerpen [van God zoals de engelen] en dat ze alles wat eer toekomt lasteren [zoals de Israëlieten bij de uittocht].

Zie je hoe de punten hier terugverwijzen naar de voorbeelden uit het Oude Testament die Judas hier aanhaalt?

God is liefde. God is genade. God is goed. Maar God is ook heilig. En als Jezus Christus jouw Heer is, ben jij door het bloed van Jezus Christus gerechtvaardigd en geheiligd (Romeinen 5:9, Hebreeën 13:12). Dan kún je bepaalde dingen niet meer in je leven laten voortbestaan. Ze behoren jou als gelovige, als heilige, niet toe (Efeze 5:3).

TOEPASSING

Misschien lees je dit en zijn er dingen in jouw leven, die je nog niet volledig aan God gewijd hebt. Dingen die je nog niet op het altaar hebt gelegd. Gebieden waar je nog niet in lijn leeft met jouw identiteit als rechtvaardige en heilige. Wat het ook mag zijn, Gods Woord zegt dat de Heere dichtbij is voor ieder die Hem aanroept (Psalm 145:18). Bid het volgende gebed:

"Abba, Vader, dank U dat U een goede God bent. Dank U dat U een genadevolle God bent. Door het bloed van uw zoon Jezus Christus ben ik gerechtvaardigd en geheiligd. Ik wil leven naar hoe U mij geroepen heeft te zijn. Daarom geef ik heel mijn leven aan U. Ook de dingen die ik zelf misschien niet zie. Alles onderwerp ik aan U, U bent mijn Heer. In Jezus' naam, amen."