Niet alleenVoorbeeld

Naar Gods beeld

Lees: Genesis 1:26–27

SOAP: Genesis 1:27 (HSV)

"En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen."

Overdenking
Het is niet moeilijk om in het gedeelte voor vandaag het bewijs te vinden dat God de mens heeft geschapen om in gemeenschap te leven. Kijk maar eens hoe vaak er gebruik wordt gemaakt van meervoudsvormen – woorden zoals “wij”, “onze”, of “zij”. Daarmee wordt al verwezen naar de betekenis van gemeenschap, samenwerking en verbinding. Wat in de hemel al aanwezig was, zou op aarde worden herhaald.

Theologen debatteren over wat in dit gedeelte de meervoudsvormen “Wij” en “Onze” te betekenen hebben. Ze zouden kunnen verwijzen naar de goddelijke Drie-eenheid, of misschien zijn gebruikt als pluralis majestatis (majesteitsmeervoud) of misschien verwijzen ze naar de hemelse hofhouding die bezig is God te prijzen, terwijl God het scheppingswerk doet. Wat daar ook van waar is, alles verwijst naar een God die waarde hecht aan gemeenschappelijkheid.

God schiep alles wat er op aarde is, en zei dat het goed was – maar pas toen Hij de mensen schiep, maakte Hij iets naar zijn eigen beeld. De mens werd geschapen om op een bepaalde manier het beeld en de eigenschappen van De Schepper te weerspiegelen. God, de Allerhoogste Heer en Schepper, besloot om aan de mens het gezag en de heerschappij te geven over zijn schepping en zijn scheppingswerk voort te zetten met het gebod: “wees vruchtbaar, word talrijk”.

God schiep niet zomaar alles op aarde, om vervolgens weg te lopen en aan een nieuw project te beginnen. Hij bleef, Hij sprak met Adam en Eva, en Hij wandelde met hen in de hof zodat zij een relatie met Hem konden opbouwen. En ook jij bent gemaakt voor die omgang met God – om met Hem te spreken, om dagelijks met Hem te wandelen, en om met Hem een relatie op te bouwen. Jij bent uitverkoren om in gemeenschap met God te leven. Niet toevallig; je bent ervoor gemaakt, dat is je bestemming, vanaf het allereerste begin.