Leven zonder schaamteVoorbeeld

Zonde maakt dat we ons schamen

“Mijn God, ik schaam me zó diep, dat ik niet naar U omhoog durf te kijken. Want al onze verkeerde daden stapelen zich op tot aan de hemel. We zijn heel erg schuldig” (Ezra 9:6, BB).

Gisteren lazen we in Genesis 2 dat Adam en Eva geen schaamte kenden. Maar één hoofdstuk later lezen we hoe ze zich verstopten voor de Heere God, tussen de bomen in de hof. Ze zeiden dat ze zich verborgen omdat ze naakt waren, maar God kende de echte reden voor deze plotselinge verandering: “Wie heeft u verteld dat u naakt bent? Hebt u van die boom gegeten waarvan Ik u geboden had daar niet van te eten?” (Genesis 3:11).

Ja, dat hadden ze inderdaad, en nu voelden ze zich schuldig over hun ongehoorzaamheid. Ze beseften dat ze hun Schepper hadden beledigd door precies datgene te doen dat Hij verboden had: eten van die ene speciale boom in de hof van Eden.

Het terechte gevoel van schaamte tegenover God heeft onze relatie met Hem sterk veranderd. Want niet alleen Adam en Eva hebben gezondigd, maar wij allemaal. Daarom hebben we een goede reden om ons diep te schamen en niet naar Hem op te durven kijken, zoals Ezra het uitdrukt.

Besef jij dat je de Heere God hebt beledigd? Zijn er bepaalde zonden waarvoor jij je erg schaamt? Wacht niet om ze te belijden, zodat je vergeving kunt ontvangen en bevrijdt kunt worden van je schaamte! (1 Johannes 1:9)