VriendschapVoorbeeld

Woensdag: Rode vlaggen

Lees: Spreuken 22:24-25, Spreuken 27:4, 1 Korinthe 15:33, Jakobus 4:4-6

SOAP: Jakobus 4:4

Wat betekent het om een vriend van de wereld te zijn? In het Nieuwe Testament wordt met de wereld niet letterlijk de aarde waarop wij wonen bedoeld (waarvan God zei dat het goed was toen Hij die maakte!), maar het heeft te maken met de maatschappij en menselijke wijsheid. Gods schepping is goed, maar wat er in de tegenwoordige wereld gebeurt, dat wordt beheerst door zonde en dood. Vriendschap met de wereld wil zeggen dat we ons te prettig zijn gaan voelen in die vervallen toestand, terwijl wij eigenlijk vol verwachting zouden moeten uitkijken naar de verlossing van die wereld. 

Als het om vriendschap gaat, dan gaat die in de wereld gepaard met boosheid, jaloezie en hebzucht. Dat is het soort vriendschap dat onverenigbaar is met liefde voor God. Hoewel we zeker wel bevriend kunnen zijn met ongelovigen, moeten we er ons toch altijd van bewust zijn dat wij kunnen veranderen onder invloed van degenen met wie wij de nauwste banden hebben. We kunnen gewoontes van hen overnemen of minder gevoelig worden voor zonden die zij goedpraten. Deze krachtige uitspraak van Jakobus roept ons op om na te denken over onze nauwste banden met anderen en ons af te vragen: “Brengt dit mij dichter bij de wereld of dichter bij God?”

Heer, dank U wel, dat U mij tot Uw vriend hebt gemaakt. Laat mij zien waar in mijn leven ik mij te vertrouwd heb gemaakt met de gewoontes van de wereld en help mij dat ik verlang naar Uw komende verlossing. Amen.