In het beginVoorbeeld

Maandag

Lees: Genesis 1:1-5; Job 38:4-7

SOAP: Genesis 1:3-4

In het begin was het donker op aarde. De aarde was vormloos en er was alleen water. Maar God was er. Voordat Hij het licht schiep, was Hij er al in die duisternis. 

“Laat er licht zijn!” God gaf Zijn bevel en het licht ontstond. Hij veranderde de duisternis doordat Hij het licht schiep. Hij maakte scheiding tussen licht en duisternis en gaf beide een naam. De Schrift zegt niet dat de duisternis slecht was, maar wel dat God de duisternis scheidde van het licht, en van het licht zei Hij dat het goed was. 

De schepping van het licht had ook de schepping van de tijd zoals wij die kennen tot gevolg. De schrift spreekt er niet van dat God de tijd apart heeft geschapen, maar door de komst van het licht schiep God de dagen. De dag wordt gekenmerkt door licht en de nacht door duisternis. Het wisselen van het daglicht maakt dat wij de tijd kunnen meten. 

God schiep de aarde heel doelbewust, met grote creativiteit en met een bestemming. Geen enkele scheppingsdaad van God was een vergissing. Het had een doel en een betekenis toen God de aarde grondvestte en van licht en duisternis dag en nacht maakte.

In het boek Job vinden we wat meer bijzonderheden over Gods bedoeling en Zijn creativiteit in de schepping. Job was een rechtvaardig mens dat verschrikkelijke verliezen leed. Job zondigde niet door in zijn ellende God vaarwel te zeggen. Maar hij vroeg God wel om een soort verklaring voor zijn lijden. God gaf antwoord en vroeg Job meerdere malen: “Waar was jij toen Ik ....?” Die vragen maakten Job opnieuw bewust van Gods soevereiniteit.

Als onze wereld ineenstort, mogen wij net als Job tot Gods troon naderen. Wij kunnen onze vragen en ons verdriet voor Hem uitstorten. Hij zal ons misschien niet het antwoord geven waarop wij hopen, maar wij mogen rust vinden in Zijn soevereiniteit. Hij schiep de grondslagen van de aarde, en alles wat op aarde is. Hij schiep het licht en de tijd en er is niets dat ontsnapt aan Zijn bestuur. Laten wij daarom juichen als de kinderen van God (Job 38:7). 

Here God, ik sta verbluft over Uw scheppingskracht. U schiep het licht en scheidde het van de duisternis. Ik loof U vanwege Uw scheppend vermogen, Uw doelgerichtheid en de betekenis die U aan Uw schepping gaf. Help mij om op U te vertrouwen, ook als ik door duisternis word overvallen. Amen.