Jezus is alles voor onsVoorbeeld

Woensdag

Lees: Hebreeën 7:1-10

SOAP: Hebreeën 7:3

Priesters worden in de Schrift voor het eerst vermeld in Genesis 14, bij het verslag van Melchizedek, koning van Salem. Melchizedek was een priester van de Allerhoogste God. Hij was koning van Salem, de stad die later (en tegenwoordig) bekend staat als Jeruzalem.

Het priesterschap van Melchizedek was anders dan het levitische priesterschap dat door Aäron was ingesteld. Het geslachtsregister van Melchizedek is niet in de Schrift opgetekend, maar er wordt uitgelegd op welke manier hij een priester was, een advocaat voor het volk bij God.

Bij zijn bespreking van het priesterschap van Melchizedek laat de schrijver van Hebreeën het verschil zien tussen het type hogepriester dat we in Christus hebben en het type hogepriester dat bestond onder het levitische systeem. Jezus is de Hogepriester, niet vanwege zijn afkomst, maar omdat Hij door God is aangesteld. Hij verschilt als priester op een unieke manier van de levitische priesters, omdat Hij in staat is om namens ons tot God te gaan en ons van onze zonden te reinigen, omdat Hij geen zonde kende.

Jezus' priesterschap is anders. Hij is onze eeuwige advocaat omdat Hij eeuwig is. Hij vergeeft onze zonden omdat Hij geen zonde kende. Hij is onze Hogepriester, die altijd namens ons tot God gaat.

Jezus, U alleen bent het ambt van hogepriester waardig. U bent anders dan alle priesters voor U, omdat U alleen zonden kunt vergeven. Dank U dat U mijn advocaat bent en dat U altijd namens mij tot de Vader gaat. Amen.