De ZaligsprekingenVoorbeeld

Woensdag

Lees: Johannes 6:48 

SOAP: Johannes 6:48

God geniet ervan om mensen brood te geven. De Israëlieten ontvingen het manna in de woestijn. Jezus voedde mensenmassa’s met brood en vis. Midden in dit twistgesprek doet Jezus de uitspraak: Ik ben het Brood des levens. Wat God geeft, als Hij voorziet in zowel de geestelijke als de lichamelijke behoeften van Zijn volk, gaat elk ander bijzonder gerecht ver te boven. Mochten wij misschien denken dat God zich niet bekommert om ons lichaam en onze maag, God toont herhaaldelijk Zijn machtige voorzienigheid door op wonderbare wijze brood te geven aan de mensen: vanuit de hemel of door brood te vermenigvuldigen.

Maar Jezus weet ook wel dat wij meer nodig hebben dan brood voor onze maag. Hij is het Brood des levens want Hij wil onze voornaamste honger stillen: de honger naar leven!  Wij zijn dode mensen in een troosteloze wereld, hevig verlangend naar bloei, en naar een leven dat wij zelf niet maken kunnen, hoe hard we ons best ook doen. Jezus belooft ons niet alleen dat Hij ons zal voeden, maar ook dat Hij ons leven geeft.

Dank U, Here God, dat U voor Uw volk zorgt! Heer, ik bid U niet alleen om mijn dagelijks brood, maar ook om het leven dat U belooft aan degenen die U volgen. Help mij zodat ik U zoek als de bron die alles geeft wat ik nodig heb.