Woorden van waardeVoorbeeld

Zaterdag

We hebben deze week gekeken naar de woorden die we tegen onszelf spreken. Ook tegen onszelf moeten we Gods woorden spreken. 

Hier zijn de reflectievragen over week 2.

1. Waarom is het zo belangrijk om stil te staan bij de woorden die je tegen jezelf zegt? Wat is een goede manier? 
2. Denk eens aan de woorden die steeds weer door je hoofd gaan. Zijn het woorden die passen bij Filippenzen 4:8? Heb jij je gericht op dingen die waar en eervol zijn en die lof verdienen?
3. Als je beste vriendin hardop tegen je zou zeggen wat je over jezelf denkt, zou je dan nog vriendinnen met haar willen zijn? 
4. In Mattheüs 22:39 staat dat we van onze naaste moeten houden als van onszelf. Dat geldt ook voor het uitdelen van genade. God is zo genadig voor ons en we moeten ook genadig zijn voor onszelf. Schrijf Romeinen 8:1 op en leer dat vers uit je hoofd. Als je weer een beschuldigende stem in je binnenste hoort, zeg dit vers dan tegen jezelf. 
5. Kijk nog eens naar de verzen van vrijdag. Wat zegt God over jou? Verandert dit de manier waarop je over jezelf denkt?