#OpreisdoorLukas - Lukas 9: op pad met JezusVoorbeeld

Het wonder zichtbaar maken 

Een overbekend verhaal, deze ‘wonderbaarlijke spijziging’. Jezus wil tijd doorbrengen met zijn vrienden om van hen te horen wat ze hebben meegemaakt, maar echte rust krijgen ze niet. Duizenden mensen weten Hem weer te vinden. Jezus ontvangt hen vriendelijk, spreekt met hen over het koninkrijk en geneest de zieken. En dan komen de leerlingen. Ze zijn net terug van hun spraakmakende uitzending, hun Meester heeft zojuist voor hun ogen de zieken genezen, en wat zien ze? Problemen en obstakels. Er is niet genoeg eten voor iedereen. De mensen moeten maar weg. En Jezus maakt zich er ook nog eens gemakkelijk van af: geven jullie hun te eten! Ja, mooi is dat – moeten wij ook nog voor de kosten opdraaien? Je hoort hun gemopper.

Ik bedenk me regelmatig hoe fijn het zou zijn als ik een van de leerlingen was geweest. Dan had ik Jezus zelf gekend, Hem zien werken en zien omgaan met anderen. Hem volgen zou zoveel gemakkelijker zijn! Maar dit verhaal laat – net als heel veel andere verhalen – zien dat dat nou net niet zo is. De leerlingen staan model voor ieder mens dat Jezus wil volgen, in al hun oprechtheid, hun verlangen én in al hun fouten en gebreken. Ook al zou Jezus hier en nu naast je staan, dan nog kun je het wonder zomaar missen; dan nog moet je heel bewust kiezen om niet vanuit jezelf maar vanuit Hem te kijken.

Maar Jezus laat zijn leerlingen niet staan. Hij schakelt ze in bij zijn volgende bovennatuurlijke actie. Hun taak wordt om de mensen een beetje netjes op het gras te laten zitten. Dat was iets dat in hun vermogen lag. Was het bezigheidstherapie? Nee, want door die ordelijke manier van werken werd het wonder voor iedereen duidelijk. Jezus bidt, zegent en vermenigvuldigt – en al die duizenden mensen zijn getuige. En precies zo worden wij ingeschakeld, als we maar beschikbaar zijn. Onze taak is om het wonder voor iedereen zichtbaar te maken. Of we het nu zelf al hebben begrepen of niet.

Om over na te denken:

1. Welke wonderen van God zie jij in je leven?

2. En op welke manier heeft de Meester jou al eens ingeschakeld?