DagelijkseBroodkruimels - Verken je krachtbron

5 manieren om God te ontmoeten in zijn Woord

DagelijkseBroodkruimels - Leef als voorproefje

Je hebt een roeping

Durf te delen

De vrouwen aan Jezus’ Voeten

Manna voor elke dag - maand 3 - Sivan

God loven met de Psalmen

Zodat God je gebed verhoort

14 Dagen bezig met profetie

Het Boek

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkEZK">
 <div class="chapter ch12" data-usfm="EZK.12">
 <div class="label">12</div><div class="s1">De ballingschap voorzegd</div><div class="p"> 1Opnieuw kreeg ik een boodschap van de Here: 2&#8216;Mensenzoon,&#8217; zei Hij, &#8216;u leeft tussen opstandige mensen die de waarheid zouden kunnen kennen als zij dat wilden. Maar zij willen niet. Zij zouden Mij kunnen horen als zij wilden luisteren, maar ook dat willen zij niet. 3Want zij zijn opstandig. Laat hun daarom maar eens zien wat het is om te worden verbannen. Neem alles wat u dragen kunt op uw rug en verlaat uw huis, ga maar ergens heen. Maar doe het wel bij daglicht, zodat zij het kunnen zien en misschien zal het dan tot hen doordringen wat dit betekent, ook al zijn zij nog zo opstandig. 4Breng overdag uw bagage naar buiten, zodat zij het goed kunnen zien. Diezelfde avond moet u dan uw huis verlaten, net als ballingen wanneer zij beginnen aan hun lange tocht naar verre landen. 5Maak een gat in de wand van uw huis en kruip daardoor naar buiten. 6Hijs uw bagage op uw rug, terwijl zij toekijken en loop in het donker de stad uit, bedek uw gezicht en kijk niet om u heen. Dit alles is een waarschuwing aan het adres van de Isra&#235;lieten voor het onheil dat over Jeruzalem zal komen.&#8217; 7Ik deed wat mij was opgedragen. Bij daglicht bracht ik mijn bagage&#8212;alles wat ik in ballingschap kon meenemen&#8212;naar buiten en die avond maakte ik met mijn handen een gat in de muur. Daarna vertrok ik met mijn spullen terwijl de mensen toekeken.</div><div class="p"> 8De volgende morgen kreeg ik de tweede boodschap van de Here: 9&#8216;Mensenzoon, hebben deze opstandige Isra&#235;lieten u niet gevraagd wat dit alles te betekenen heeft? 10Vertel hun dat de Oppermachtige Here zegt dat het een boodschap is voor koning Zedekia in Jeruzalem en voor alle inwoners van Isra&#235;l. 11Leg hun uit dat u voor hen als een symbool fungeerde, dat wat u deed een uitbeelding was van wat hun te wachten staat, want zij zullen uit hun huizen worden verdreven en in ballingschap worden gestuurd. 12Zelfs koning Zedekia zal in het donker door een gat in de muur naar buiten gaan en alleen dat meenemen wat hij kan dragen. Hij zal zijn gezicht bedekken om toch maar vooral niet herkend te worden en niet meer naar het land om zich heen te kijken. 13Ik zal hem in mijn net vangen en naar Babel, het land van de Chaldee&#235;n, brengen. Maar zien zal hij het niet en daar zal hij sterven. 14Ik zal zijn dienaren en lijfwachten naar alle windstreken uiteenjagen, achtervolgd door het zwaard. 15En Ik zal hen onder de volken in verre landen verspreiden, dan zullen zij beseffen dat Ik de Here ben. 16Maar enkelen van hen zal Ik sparen voor het geweld, de honger en de ziekten. Ik zal hen redden om hen tegenover de volken te laten verklaren hoe goddeloos zij zijn geweest. Zij zullen weten dat Ik de Here ben.&#8217;</div><div class="p"> 17Toen kreeg ik de volgende boodschap van de Here: 18&#8216;Mensenzoon, beef wanneer u uw maaltijden eet, krimp ineen van angst wanneer u water drinkt. 19Zeg tegen de mensen: &#8220;De Oppermachtige Here zegt dat de inwoners van Isra&#235;l en Jeruzalem hun voedsel in onrust zullen eten en hun water in angst en beven zullen drinken. 20Om al uw zonden zullen uw steden worden verwoest en uw landbouwgrond zal verwilderen. U zult ontdekken dat Ik de Here ben.&#8221;&#8198;&#8217;</div><div class="p"> 21En de Here gaf mij opnieuw een boodschap: 22&#8216;Mensenzoon, waarom gebruiken ze in Isra&#235;l het spreekwoord: &#8220;De tijd vliegt voorbij en maakt iedere profeet tot leugenaar!&#8221; 23De Oppermachtige Here zegt: &#8220;Ik zal een eind maken aan dit gezegde en binnenkort zal niemand het meer gebruiken.&#8221; Geef hun in plaats daarvan deze: &#8220;De tijd is gekomen dat alle profetie&#235;n in vervulling gaan.&#8221; 24Dan zult u zien wat er gebeurt met alle valse voorspellingen over veiligheid en zekerheid voor Jeruzalem. 25Want Ik ben de Here! Mijn voorspellingen voer Ik uit. Er zal deze keer geen uitstel meer zijn, opstandelingen van Isra&#235;l! Ik zal het tijdens uw leven doen!&#8217; zegt de Oppermachtige Here.</div><div class="p"> 26Toen volgde deze boodschap: 27&#8216;Mensenzoon, de Isra&#235;lieten zeggen: &#8220;Zijn visioenen gaan over de verre toekomst. Zij zullen nog lang niet in vervulling gaan!&#8221; 28Zeg daarom tegen hen: &#8220;De Oppermachtige Here zegt: geen uitstel meer! Ik ga nu doen wat Ik heb gezegd&#8221;!&#8217;</div>
 </div>
 </div>
</div>

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkEZK">
 <div class="chapter ch13" data-usfm="EZK.13">
 <div class="label">13</div><div class="s1">Profetie tegen de valse profeten</div><div class="p"> 1Toen kreeg ik deze boodschap van de Here: 2-3 &#8216;Mensenzoon, profeteer tegen de valse profeten van Isra&#235;l, die hun eigen visioenen bedenken en beweren dat zij boodschappen van Mij hebben ontvangen, terwijl Ik nooit iets tegen hen heb gezegd. 4Och Isra&#235;l, deze profeten van u zijn voor het herstellen van uw muren net zo waardeloos als vossen die in ru&#239;nes wonen! 5Profeten, hebt u ooit iets gedaan voor het versterken van Isra&#235;ls muren, die haar moeten beschermen tegen vijanden? Hebt u ooit iets gedaan om Isra&#235;l te sterken in de Here? 6In plaats daarvan hebt u gelogen toen u zei: &#8220;Mijn boodschap komt van God!&#8221; God heeft u niet gezonden. En toch verwacht u van Hem dat Hij uw profetie&#235;n in vervulling doet gaan. 7Kunt u ontkennen dat u hebt beweerd visioenen te hebben gezien die u nooit zag en dat u hebt gezegd: &#8220;Deze boodschap is van de Here,&#8221; hoewel Ik nooit tegen u heb gesproken?</div><div class="p"> 8Daarom zegt de Oppermachtige Here: omdat u deze zogenaamde visioenen en leugens hebt verteld, zult u Mij tegenover u vinden. 9Mijn hand zal zich tegen u keren en u zult uit het midden van het volk Isra&#235;l worden verwijderd. Ik zal uw namen uitwissen en u zult uw eigen land nooit meer terugzien. Dan zult u moeten erkennen dat Ik de Oppermachtige Here ben. 10Want deze goddeloze mannen misleiden mijn volk door te zeggen: &#8220;God zal vrede sturen,&#8221; terwijl Ik dat helemaal niet van plan ben! Mijn volk bouwt een wankele muur en deze profeten prijzen hen daarvoor en bepleisteren hem met witkalk! 11Vertel hun daarom dat hun muur zal omvallen. Stromende regen zal hem ondermijnen, grote hagelstenen en rukwinden zullen hem omverwerpen. 12En wanneer de muur omverligt, zullen de mensen uitroepen: &#8220;Waarom hebt u niet gezegd dat hij niet sterk genoeg was? Waarom hebt u zijn gebreken bedekt met witkalk?&#8221; 13Omvallen zal hij zeker.&#8217; De Oppermachtige Here zegt: &#8216;Ik zal hem wegvagen met een storm van verontwaardiging, met een vloed van toorn en met de vernietigende kracht van regen en hagelstenen. 14Ik zal deze witgekalkte muur helemaal afbreken en hij zal op u neerkomen en u verpletteren. Dan zult u erkennen dat Ik de Here ben. 15Ik zal mijn toorn op die muur koelen en op hen die hem zo mooi hebben beschilderd. Ik zal tegen hen zeggen: &#8220;De muur en de schilders zijn verdwenen.&#8221; 16Want deze profeten logen, toen zij beweerden dat er in Jeruzalem vrede zou zijn, terwijl er geen vrede is,&#8217; zegt de Oppermachtige Here.</div><div class="p"> 17&#8216;Mensenzoon, spreek u ook uit tegen de vrouwelijke profeten die beweren dat de Here hun boodschappen heeft gegeven. 18Vertel hun dat de Oppermachtige Here zegt: wee deze vrouwen die de zielen van mijn volk, van jong en oud, misleiden. Zij doen magische banden om hun polsen, hullen zich in sluiers en proberen zielen te winnen. De zielen van mijn volk vangt u om uw eigen ziel in leven te houden. 19In ruil voor enkele handenvol gerst of een stuk brood wilt u mijn volk van Mij weglokken? U hebt hen die helemaal niet moesten sterven, de dood ingejaagd! En door tegen mijn volk te liegen, hebt u hen in leven gehouden die niet zouden moeten leven. En mijn volk luistert er ook nog naar! 20Daarom zegt de Here: Ik zal u verpletteren omdat u op de zielen van mijn volk jaagt met al uw magische voorwerpen. Ik zal die magische banden van uw armen rukken en mijn volk de vrijheid geven, als vogels die in een kooi zitten opgesloten. 21Ik zal uw sluiers afrukken en mijn volk uit uw hand redden, het zal niet langer uw slachtoffer zijn en u zult moeten erkennen dat Ik de Here ben. 22Uw leugens hebben de rechtvaardigen ontmoedigd, terwijl Ik dat niet wilde. En de goddelozen hebt u aangemoedigd zodat zij zich niet bekeerden en verlossing vonden. 23Maar nu is het afgelopen met uw bedrog! U zult niet langer spreken over het zien van visioenen die u nooit zag en ook uw magische praktijken zult u niet meer uitoefenen, want Ik zal mijn volk uit uw handen bevrijden. U zult dan moeten erkennen dat Ik de Here ben.&#8217;</div>
 </div>
 </div>
</div>

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkEZK">
 <div class="chapter ch14" data-usfm="EZK.14">
 <div class="label">14</div><div class="s1">Isra&#235;ls afgoderij veroordeeld</div><div class="p"> 1Enkele leiders van Isra&#235;l kwamen mij bezoeken en zij gingen tegenover mij zitten. 2Toen kreeg ik een boodschap van de Here die ik aan hen moest doorgeven: 3&#8216;Mensenzoon, in hun hart aanbidden deze mensen afgoden en ze hebben niets anders voor ogen dan de zonde die hen ten val brengt, moet Ik dan toestaan dat zij Mij iets vragen? 4Vertel hun dat de Oppermachtige Here zegt: Ik, de Here, zal hun een persoonlijk antwoord geven dat past bij deze grote zonde van de afgoderij. 5Want Ik zal hen die zich van Mij naar de afgoden keren, in hun hart treffen. 6-7 Waarschuw hen daarom dat de Oppermachtige Here zegt: &#8220;Bekeer u van de verering van afgoden. Zondig niet meer door hen in uw hart te aanbidden. Ik, de Here, zal persoonlijk iedereen straffen&#8212;iedere Isra&#235;liet en buitenlander die bij u woont&#8212;die afgoden verkiest boven Mij en dan toch nog naar een profeet gaat om mijn hulp en raad te vragen. 8Ik zal Mij tegen hem keren en hem tot een afschrikwekkend voorbeeld maken door hem uit het midden van het volk weg te vagen. Dan zult u weten dat Ik de Here ben. 9En als een van de valse profeten hem t&#243;ch een boodschap geeft, zal dat een leugen zijn. Zijn profetie zal niet uitkomen en Ik zal Mij tegen hem keren en hem wegvagen uit het midden van mijn volk Isra&#235;l. 10Valse profeten en huichelaars&#8212;goddeloze mensen die zeggen dat zij mijn woorden willen&#8212;zullen allemaal worden gestraft voor hun zonden, 11zodat het volk Isra&#235;l leert Mij niet meer af te wijzen en niet door zonde te worden verontreinigd, maar ze zullen mijn volk zijn en Ik zal hun God zijn. Dat zegt de Oppermachtige Here.&#8221;&#8198;&#8217;</div><div class="p"> 12Daarna kreeg ik deze boodschap van de Here: 13&#8216;Mensenzoon, als de inwoners van dit land tegen Mij zondigen, zal Ik hen verbrijzelen met mijn vuist, hun voedselvoorraden laten verdwijnen en een hongersnood sturen die mens en dier doodt. 14Als Noach, Dani&#235;l en Job nu in dit land zouden wonen, zouden zij alleen zichzelf kunnen redden door hun rechtvaardigheid,&#8217; zegt de Oppermachtige Here. 15&#8216;Als Ik gevaarlijke wilde dieren in dit land zou loslaten om het tot een verlaten en gevaarlijke wildernis te maken 16en deze drie mannen waren hier,&#8217; zo zweert de Oppermachtige Here, &#8216;dan zou zelfs dat geen verschil maken, het zou de Isra&#235;lieten niet van hun ondergang redden. Alleen die drie zouden worden gespaard&#8212;zij zouden zelfs hun eigen kinderen niet kunnen redden&#8212;en het land zou beslist een woestenij worden. 17Of als Ik oorlog naar dit land zou brengen en de legers van de vijand laat komen om alles te vernietigen, 18zelfs al waren deze drie mannen in het land, dan zouden zij de enigen zijn die werden gered,&#8217; verklaart de Here. 19&#8216;En als Ik in mijn toorn een epidemie over dit land zou laten komen, een epidemie die mens en dier doodt, 20dan zouden alleen Noach, Dani&#235;l en Job worden gered als zij hier verbleven en wel om hun rechtvaardigheid,&#8217; stelt de Here.</div><div class="p"> 21Want de Here zegt: &#8216;Vier grote straffen die alle leven zullen uitroeien, staan Jeruzalem te wachten: oorlog, hongersnood, verscheurende wilde dieren en epidemie&#235;n. 22Er zullen echter overlevenden zijn en zij zullen u gezelschap komen houden in de ballingschap. Dan zult u met eigen ogen kunnen zien hoe goddeloos zij zijn. Dan zult u weten dat Ik alle recht had Jeruzalem te vernietigen. 23U zult het met Mij eens zijn dat alles wat Ik Isra&#235;l heb aangedaan, niet zonder reden was.&#8217;</div>
 </div>
 </div>
</div>

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkEZK">
 <div class="chapter ch15" data-usfm="EZK.15">
 <div class="label">15</div><div class="s1">De nutteloze wijnstokken</div><div class="p"> 1Toen kreeg ik de volgende boodschap van de Here: 2&#8216;Mensenzoon, is het hout van een wijnstok beter dan ander hout uit het bos? Is het net zo bruikbaar als hout van bomen? 3Nee, want hout van een wijnstok kan zelfs niet worden gebruikt voor een rek waaraan potten en pannen worden opgehangen! 4Het kan alleen maar dienen als brandhout, het is nergens anders geschikt voor. 5-6 Daarom is het zowel v&#243;&#243;r als na het verbranden waardeloos. Dit bedoel Ik,&#8217; zegt de Oppermachtige Here, &#8216;de inwoners van Jeruzalem lijken op wijnstokken uit het bos. Nutteloos voordat zij worden verbrand en nog nuttelozer na het verbranden! 7Ik zal Mij tegen hen keren en ervoor zorgen dat als zij aan het ene vuur ontsnappen, zij in het volgende vuur zullen vallen, en dan zult u weten dat Ik de Here ben. 8Ik zal het land tot een woestenij maken, omdat zij Mij ontrouw zijn geworden,&#8217; zegt de Oppermachtige Here.</div>
 </div>
 </div>
</div>

Reading the Bible in Historical Sequence Part 8Voorbeeld

Schrift

Over dit leesplan

Gerelateerde leesplannen