Kruis & KroonVoorbeeld

De opstanding—waarom dit belangrijk is

Wat als Jezus Christus niet uit de doden was opgestaan? Waar zouden wij dan blijven? Welke zekerheid zouden wij dan in ons leven hebben? Ons vertrouwen, onze gedachten over de dood en onze hoop op eeuwig leven zouden worden aangetast.

God wist dat Jezus' opstanding tot vele vragen zou leiden; dat is waarom Hij Paulus leidde tot het geven van verschillende antwoorden. In 1 Korinthiërs 15:14 richt de apostel zich op het grootste probleem: Wat als de opstanding helemaal niet is gebeurd? Hij schrijft: ''En als Hij niet uit de dood teruggekomen is, kunnen wij wel ophouden Hem bekend te maken, dan is het zinloos in Hem te geloven.''

Dit betekent dat ons geloof vergeefs en zonder fundament zou zijn, als de opstanding niet had plaatsgevonden; we zouden valse getuigen zijn die leugens verspreiden; al onze inspanningen voor het geloof zouden waardeloos zijn; en het lezen van de Schrift en het delen van het goede nieuws zou zonde van de moeite zijn (1 Kor. 15:17). Alle volgelingen van Christus die stierven terwijl ze geloofden dat ze het eeuwige leven zouden ontvangen zouden simpelweg omgekomen zijn, hun hoop op de hemel niets meer dan een misleiding (1 Kor. 15:18). En het allerergste: we zouden nog steeds in zonde leven (1 Kor. 15:17), nog steeds schuldig zijn en onze levens zouden schuldig zijn aan de straf die onze overtredingen hebben verdiend (Romeinen 6:23). Paulus vat het als volgt samen: ''Als wij alleen voor dit leven onze hoop op Christus hebben gevestigd, zijn wij meer te beklagen dan wie ook'' (1 Kor. 15:19).

Gelukkig gaat onze hoop verder dan dit leven omdat Jezus werkelijk uit de dood is opgestaan. God heeft ons in Zijn wijsheid onmiskenbaar bewijs nagelaten. We kunnen dit allereerst zien in het feit dat het graf werd bewaakt door Romeinse soldaten die de doodstraf zouden krijgen als ze de bevelen niet zouden uitvoeren. Hoewel deze voorzorgsmaatregel was genomen om te voorkomen dat de volgelingen van Christus Zijn lichaam zouden stelen en ten onrechte zouden beweren dat Christus was opgestaan (Matteüs 27:62-66), bleek het graf uiteindelijk toch leeg. Ten tweede zien we dit ook terug in het feit dat levens worden veranderd—iets belangrijks moet hebben plaatsgevonden om ervoor te zorgen dat Christus' angstige discipelen moedige verkondigers van het Evangelie zijn geworden, ondanks gewelddadige bedreigingen (Johannes 20:19).

Het belangrijkste is dat Jezus Zelf beloofde dat Hij zou opstaan uit de dood (Matteüs 16:21). Hij beweerde één te zijn met de Vader (Johannes 10:30), dus óf Hij was en is de Zoon van de levende God, óf Hij is een leugenaar. De Schrift laat echter zien dat Hij nooit een leugen vertelde (Johannes 14:6). Alles wat Hij beloofde of voorspelde kwam uit, zoals Hij zei dat het zou gebeuren, behalve voor de beloften die nog wachten op vervulling (zoals Zijn tweede komst). Ook deze beloften zullen op een dag vervuld worden zoals Hij heeft gezegd, want er is niets onbetrouwbaars aan de Zoon van God (Johannes 7:18).