Psalmen 145:1-21
Psalmen 145:1-21 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Een danklied van David. Ik zal U eren, mijn God, mijn Koning! Ik zal U voor altijd en eeuwig prijzen. Alle dagen zal ik U prijzen. Ik prijs U voor altijd en eeuwig. U bent geweldig. U verdient het te worden geprezen. U bent zó machtig, het is niet te begrijpen. Door de eeuwen heen zullen de mensen blij zijn over wat U heeft gedaan. Ze zullen vertellen wat U voor geweldige dingen heeft gedaan. Ik zal vertellen over uw macht en majesteit en over uw wonderen. Dan zullen mensen spreken over de geweldige dingen die U heeft gedaan. Ik zal over uw macht vertellen. Ze zullen vertellen over uw grote goedheid. Ze zullen juichen over uw rechtvaardigheid. De Heer is vriendelijk en vol medelijden. Hij is geduldig en vol liefde. De Heer is goed voor iedereen. Aan alles wat Hij doet is te zien dat Hij liefdevol is. Alles wat U heeft gemaakt, zal U prijzen, Heer. Ook uw vrienden zullen U prijzen. Ze zullen erover vertellen wat een machtige en geweldige Koning U bent. Ze zullen de mensen vertellen over de machtige dingen die U heeft gedaan. U bent voor eeuwig Koning. Door alle eeuwen heen zult U regeren. De Heer steunt iedereen die dreigt te vallen. Hij troost de mensen die bedroefd zijn. Alle mensen kijken vol vertrouwen naar U. U geeft hun te eten wanneer ze dat nodig hebben U geniet ervan om te zorgen voor alles wat leeft. De Heer is rechtvaardig in alles wat Hij doet. Aan alles wat Hij doet is zijn liefde te zien. Als iemand Hem werkelijk om hulp roept, komt de Heer hem helpen. Aan de mensen die ontzag voor Hem hebben, geeft Hij waar zij om vragen. Hij redt hen als ze Hem om hulp roepen. De Heer beschermt iedereen die van Hem houdt. Maar Hij vernietigt de mensen die zich niets van Hem aantrekken. Ik zal de Heer de eer geven waar Hij recht op heeft. Alles wat leeft, zal Hem prijzen, voor altijd en eeuwig.
Psalmen 145:1-21 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Een lofzang van David. Aleph. O mijn God, Gij Koning! ik zal U verhogen, en Uw Naam loven in eeuwigheid en altoos. Beth. Te allen dage zal ik U loven, en Uw Naam prijzen in eeuwigheid en altoos. Gimel. De HEERE is groot en zeer te prijzen, en Zijn grootheid is ondoorgrondelijk. Daleth. Geslacht aan geslacht zal Uw werken roemen; en zij zullen Uw mogendheden verkondigen. He. Ik zal uitspreken de heerlijkheid der eer Uwer majesteit, en Uw wonderlijke daden. Vau. En zij zullen vermelden de kracht Uwer vreselijke daden; en Uw grootheid, die zal ik vertellen. Zain. Zij zullen de gedachtenis der grootheid Uwer goedheid overvloediglijk uitstorten, en zij zullen Uw gerechtigheid met gejuich verkondigen. Cheth. Genadig en barmhartig is de HEERE, lankmoedig en groot van goedertierenheid. Teth. De HEERE is aan allen goed, en Zijn barmhartigheden zijn over al Zijn werken. Jod. Al Uw werken, HEERE, zullen U loven, en Uw gunstgenoten zullen U zegenen. Caph. Zij zullen de heerlijkheid Uws Koninkrijks vermelden, en Uw mogendheid zullen zij uitspreken. Lamed. Om den mensenkinderen bekend te maken Zijn mogendheden, en de eer der heerlijkheid Zijns Koninkrijks. Mem. Uw Koninkrijk is een Koninkrijk van alle eeuwen, en Uw heerschappij is in alle geslacht en geslacht. Samech. De HEERE ondersteunt allen, die vallen, en Hij richt op alle gebogenen. Ain. Aller ogen wachten op U; en Gij geeft hun hun spijs te zijner tijd. Pe. Gij doet Uw hand open, en verzadigt al wat er leeft, naar Uw welbehagen. Tsade. De HEERE is rechtvaardig in al Zijn wegen, en goedertieren in al Zijn werken. Koph. De HEERE is nabij allen, die Hem aanroepen, allen, die Hem aanroepen in der waarheid. Resch. Hij doet het welbehagen dergenen, die Hem vrezen, en Hij hoort hun geroep, en verlost hen. Schin. De HEERE bewaart al degenen, die Hem liefhebben; maar Hij verdelgt alle goddelozen. Thau. Mijn mond zal den prijs des HEEREN uitspreken, en alle vlees zal Zijn heiligen Naam loven in der eeuwigheid en altoos.
Psalmen 145:1-21 Herziene Statenvertaling (HSV)
Mijn God en Koning, ik zal U roemen aleph en Uw Naam loven, voor eeuwig en altijd. Iedere dag zal ik U loven beth en Uw Naam prijzen, voor eeuwig en altijd. De HEERE is groot en zeer te prijzen, gimel Zijn grootheid is niet te doorgronden. Generatie op generatie zal Uw werken roemen, daleth zij zullen Uw machtige daden verkondigen. Ik zal spreken van de heerlijke glorie van Uw majesteit, he en van Uw wonderlijke daden. Zij zullen de kracht van Uw ontzagwekkende daden in herinnering roepen; waw Uw grootheid, die zal ik vertellen. Zij zullen de mond doen overvloeien van de gedachtenis aan Uw grote goedheid, zain en vrolijk zingen van Uw gerechtigheid: Genadig en barmhartig is de HEERE, cheth geduldig en groot aan goedertierenheid. De HEERE is voor allen goed, teth Zijn barmhartigheid rust op al Zijn werken. Al Uw werken zullen U loven, HEERE; jod Uw gunstelingen zullen U danken. Zij zullen de heerlijkheid van Uw Koninkrijk in herinnering roepen kaph en van Uw macht spreken, om de mensenkinderen Zijn machtige daden bekend te maken, lamed de glorierijke heerlijkheid van Zijn Koninkrijk. Uw Koninkrijk is een Koninkrijk van alle eeuwen, mem Uw heerschappij omvat alle generaties. De HEERE ondersteunt allen die vallen, samech Hij richt alle gebogenen op. De ogen van allen wachten op U, ain U geeft hun hun voedsel op zijn tijd. U doet Uw hand open pe en verzadigt al wat leeft, naar Uw welbehagen. De HEERE is rechtvaardig in al Zijn wegen, tsade goedertieren in al Zijn werken. De HEERE is allen nabij die Hem aanroepen, koph allen die Hem in waarheid aanroepen. Hij vervult het verlangen van wie Hem vrezen, resj Hij hoort hun hulpgeroep en verlost hen. De HEERE bewaart allen die Hem liefhebben, sjin maar alle goddelozen vaagt Hij weg. Mijn mond zal van de lof van de HEERE spreken, taw alle vlees zal Zijn heilige Naam loven, voor eeuwig en altijd.
Psalmen 145:1-21 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Ik zal U verhogen, mijn God, Gij Koning, ik zal uw naam prijzen voor altoos en immer; te allen dage zal ik U prijzen, uw naam loven voor altoos en immer. De HERE is groot en zeer te prijzen, zijn grootheid is ondoorgrondelijk. Geslacht aan geslacht zal uw werken roemen, zij zullen uw machtige daden verkondigen. Ik zal van de heerlijke luister uwer majesteit en van uw wonderdaden gewagen. Zij zullen spreken van de macht uwer geduchte daden, en uw grootheid wil ik vertellen. Zij zullen de roem uwer grote goedheid verkondigen, en jubelen over uw gerechtigheid. Genadig en barmhartig is de HERE, lankmoedig en groot van goedertierenheid. De HERE is voor allen goed, en zijn barmhartigheid is over al zijn werken. Al uw werken zullen U loven, HERE, uw gunstgenoten zullen U prijzen; zij zullen van de heerlijkheid van uw koningschap spreken en van uw mogendheid gewagen, om de mensenkinderen zijn machtige daden te verkondigen en de luisterrijke heerlijkheid van zijn koningschap. Uw koningschap is een koningschap voor alle eeuwen, uw heerschappij is over alle geslachten. De HERE schraagt allen die vallen, Hij richt alle gebogenen op. Aller ogen wachten op U, en Gij geeft hun te zijner tijd hun spijze; Gij doet uw hand open en verzadigt met welbehagen al wat leeft. De HERE is rechtvaardig in al zijn wegen, goedertieren in al zijn werken. De HERE is nabij allen die Hem aanroepen, allen die Hem aanroepen in waarheid. Hij vervult de wens van wie Hem vrezen, Hij hoort hun hulpgeroep en verlost hen. De HERE bewaart allen die Hem liefhebben, maar Hij verdelgt alle goddelozen. Mijn mond zal van de lof des HEREN spreken, en al wat leeft, zal zijn heilige naam prijzen voor altoos en immer.
Psalmen 145:1-21 Het Boek (HTB)
Mijn God, ik zal U roemen. U bent mijn Koning. Uw naam wil ik mijn leven lang loven. Elke dag zal ik U eren en uw naam prijzen zolang ik leef. De HERE is een grote God en Hem komt alle eer toe. Voor ons mensen is niet te begrijpen hoe groot Hij is. Van generatie op generatie zal men U prijzen om wat U doet. Men zal dan vertellen over uw grote daden. Ik wil vertellen over uw geweldige heerlijkheid en uw machtige wonderen. Die gaan over uw macht en roem. Ik wil vertellen hoe groot U bent. Laat uw grote goedheid geroemd worden en juichende liederen worden gezongen over uw rechtvaardigheid. De HERE geeft genade en ontfermt Zich liefdevol. Hij heeft een onmetelijk geduld en is groot in zijn goedheid en liefde. De HERE is goed voor iedereen en vol liefde ontfermt Hij Zich over alles wat Hij heeft gemaakt. Alles wat U hebt gemaakt, prijst U, HERE. Ook allen die U liefhebt, zullen U loven. Zij vertellen over uw goddelijk koningschap en over uw grote macht. Zo zullen alle mensen horen over uw grote daden en over de geweldige majesteit van uw koningschap. Uw koningschap is eeuwig, U heerst over elke generatie. De HERE ondersteunt ieder die dreigt te vallen. Ieder die gebukt gaat, helpt Hij overeind. Alle ogen zijn op U gericht, U voorziet ieder op zijn tijd van voedsel. Als U uw hand opendoet, maakt U iedereen gelukkig. De HERE is rechtvaardig in alles wat Hij doet. Zijn goedheid en liefde stralen af van alles wat Hij maakt. De HERE is dichtbij ieder die Hem aanroept met een zuiver hart. Mensen die ontzag voor Hem hebben, komt Hij tegemoet. Hij hoort hun roepen om hulp en redt hen. De HERE zorgt voor ieder die van Hem houdt, maar Hij vernietigt de ongelovigen. Zonder ophouden wil ik vertellen over de grootheid van de HERE. Tot in de eeuwigheid zal alles wat leeft zijn heilige naam eren.