Psalmen 119:41-80

Psalmen 119:41-80 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)

Vau. En dat mij Uw goedertierenheden overkomen, o HEERE! Uw heil, naar Uw toezegging; Opdat ik mijn smader wat heb te antwoorden, want ik vertrouw op Uw woord. En ruk het woord der waarheid van mijn mond niet al te zeer, want ik hoop op Uw rechten. Zo zal ik Uw wet steeds onderhouden, eeuwiglijk en altoos. En ik zal wandelen in de ruimte, omdat ik Uw bevelen gezocht heb. Ook zal ik voor koningen spreken van Uw getuigenissen, en mij niet schamen. En ik zal mij vermaken in Uw geboden, die ik liefheb. En ik zal mijn handen opheffen naar Uw geboden, die ik liefheb, en ik zal Uw inzettingen betrachten. Zain. Gedenk des woords, tot Uw knecht gesproken, op hetwelk Gij mij hebt doen hopen. Dit is mijn troost in mijn ellende, want Uw toezegging heeft mij levend gemaakt. De hovaardigen hebben mij boven mate zeer bespot; nochtans ben ik van Uw wet niet geweken. Ik heb gedacht, o HEERE! aan Uw oordelen van ouds aan, en heb mij getroost. Grote beroering heeft mij bevangen vanwege de goddelozen, die Uw wet verlaten. Uw inzettingen zijn mij gezangen geweest, ter plaatse mijner vreemdelingschappen. HEERE! des nachts ben ik Uws Naams gedachtig geweest, en heb Uw wet bewaard. Dat is mij geschied, omdat ik Uw bevelen bewaard heb. Cheth. De HEERE is mijn deel, ik heb gezegd, dat ik Uw woorden zal bewaren. Ik heb Uw aanschijn ernstelijk gebeden van ganser harte, wees mij genadig naar Uw toezegging. Ik heb mijn wegen bedacht, en heb mijn voeten gekeerd tot Uw getuigenissen. Ik heb gehaast, en niet vertraagd Uw geboden te onderhouden. De goddeloze hopen hebben mij beroofd; nochtans heb ik Uw wet niet vergeten. Te middernacht sta ik op, om U te loven voor de rechten Uwer gerechtigheid. Ik ben een gezel van allen, die U vrezen, en van hen, die Uw bevelen onderhouden. HEERE! de aarde is vol van Uw goedertierenheid; leer mij Uw inzettingen. Teth. Gij hebt bij Uw knecht goed gedaan, HEERE, naar Uw woord. Leer mij een goeden zin en wetenschap, want ik heb aan Uw geboden geloofd. Eer ik verdrukt werd, dwaalde ik, maar nu onderhoud ik Uw woord. Gij zijt goed en goeddoende; leer mij Uw inzettingen. De hovaardigen hebben leugens tegen mij gestoffeerd; doch ik bewaar Uw bevelen van ganser harte. Hun hart is vet als smeer; maar ik heb vermaak in Uw wet. Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw inzettingen leerde. De wet Uws monds is mij beter, dan duizenden van goud of zilver. Jod. Uw handen hebben mij gemaakt, en bereid; maak mij verstandig, opdat ik Uw geboden lere. Die U vrezen, zullen mij aanzien, en zich verblijden, omdat ik op Uw woord gehoopt heb. Ik weet, HEERE! dat Uw gerichten de gerechtigheid zijn, en dat Gij mij uit getrouwheid verdrukt hebt. Laat toch Uw goedertierenheid zijn om mij te troosten, naar Uw toezegging aan Uw knecht. Laat mij Uw barmhartigheden overkomen, opdat ik leve, want Uw wet is al mijn vermaking. Laat de hovaardigen beschaamd worden, omdat zij mij met leugen nedergestoten hebben; doch ik betracht Uw geboden. Laat hen tot mij keren, die U vrezen, en die Uw getuigenissen kennen. Laat mijn hart oprecht zijn tot Uw inzettingen, opdat ik niet beschaamd worde.

Psalmen 119:41-80 Het Boek (HTB)

Ik bid dat U mij uw goedheid en liefde laat ervaren, HERE. En bevrijdt U mij zoals U hebt beloofd. Dan weet ik iets terug te zeggen als men mij bespot, want ik wil alleen zo spreken dat het overeenstemt met uw woord. Laat mij uw woorden van waarheid spreken. Ik heb vertrouwen in uw besluiten. Ik wil mij onafgebroken houden aan uw wet, mijn leven lang. Dan ga ik mijn weg onbevangen en zonder belemmering, omdat ik mij richt naar uw woord. Zelfs voor koningen kan ik dan over uw wet spreken zonder mij te schamen. Ik geniet van uw wet en houd van haar. Daarom strek ik mijn handen uit naar uw geboden, waarvan ik zoveel houd. Dan denk ik rustig na over alles wat U hebt vastgelegd. Denk aan wat U tegen mij hebt gezegd, ik ben immers uw dienaar en U hebt mij hoop gegeven. Dat troost mij in alle ellende die ik meemaak. Uw beloften geven mij weer leven. Ongelovigen kunnen mij nog zo bespotten, ik stap niet af van uw wet. HERE, als ik denk aan alles wat U sinds mensenheugenis hebt voorgeschreven, voel ik mij getroost. De goddeloze mensen die uw wet links laten liggen, brengen mij tot grote verontwaardiging. Uw leefregels zijn muziek voor mij, zolang ik hier op aarde woon, ik voel mij hier een vreemdeling. Als ik ʼs nachts wakker lig, denk ik aan uw grote naam, HERE, en ook dan houd ik mij aan uw wetten. Dat heb ik van U ontvangen, omdat ik uw leefregels zorgvuldig bewaar. De HERE heeft Zichzelf aan mij gegeven, ik heb ook beloofd mij altijd aan uw woord te houden. Ik verlang er met mijn hele hart naar dat U mij goed gezind bent, geef mij uw genade zoals U hebt beloofd. Ik denk na over mijn levensweg en haast mij om uw woord te volgen. Zonder aarzelen haast ik mij te doen wat U voorschrijft. Hoewel de ongelovigen om mij heen mij voortdurend willen vangen, vergeet ik niet wat U in uw wet zegt. Rond middernacht sta ik op om U te prijzen voor uw rechtvaardige wetten en geboden. Ik ga mijn weg samen met alle mensen die ook ontzag voor U hebben en die leven volgens uw gebod. De aarde is vol van uw goedheid en liefde, HERE. Leer mij alles over uw wetten. U hebt mij, uw dienaar, het goede gegeven. Precies, HERE, zoals uw woord dat aangeeft. Geef mij een goed onderscheidingsvermogen en verstand, want ik stel mijn vertrouwen op uw wet. Voordat ik in moeilijkheden kwam, dwaalde ik vaak van U af. Maar nu houd ik mij alleen nog aan wat U zegt. U bent een goede God en doet het goede voor de mensen. Leer mij alles wat U van de mensen wilt. Ongelovigen schuiven mij allerlei leugens in de schoenen, maar ik houd mij met mijn hele hart vast aan uw wet. Zij hebben harten van steen, maar ik ervaar vreugde als ik aan uw wet denk. Het is goed dat ik grote moeilijkheden heb doorgemaakt, want daardoor heb ik U en uw wet beter leren kennen. Uw woorden gaan voor mij ver boven grote rijkdommen aan goud en zilver. U hebt mij met uw eigen handen gemaakt. Maak mij verstandig, zodat ik alles over uw wet kan leren. Andere mensen die ook diep ontzag voor U hebben, zijn blij als zij mij zien en meemaken, omdat ik op uw woord vertrouw. HERE, ik weet dat uw oordeel een rechtvaardig oordeel is. Dat U mij trouw bleef in al mijn ellende. Ik bid dat uw goedheid en liefde mij zullen troosten. Dat hebt U mij, uw dienaar, immers beloofd? Laat uw liefdevolle meeleven mij bereiken, zodat ik leven kan. Ik verheug mij in uw wetten. Laat de ongelovigen toch tot inzicht komen en zich schamen, omdat zij mij onterecht kwaad deden. Ik denk voortdurend aan wat U mij hebt opgedragen. Wilt U mensen die diep ontzag voor U koesteren en uw wet kennen, naar mij toe sturen? Ik wil met volledige toewijding uw wet naleven, zodat ik mij nooit hoef te schamen.

Psalmen 119:41-80 Herziene Statenvertaling (HSV)

Laat Uw blijken van goedertierenheid over mij komen, HEERE, Uw heil overeenkomstig Uw belofte. Dan heb ik hem die mij hoont iets te antwoorden, want ik vertrouw op Uw woord. Ontruk het woord van de waarheid niet geheel en al aan mijn mond, want ik hoop op Uw bepalingen. Dan zal ik steeds Uw wet in acht nemen, voor eeuwig en altijd. Ik zal wandelen op ruime baan, omdat ik Uw bevelen gezocht heb. Ook zal ik voor koningen spreken over Uw getuigenissen en mij niet schamen. Ik verblijd mij in Uw geboden, die ik liefheb. Ik hef mijn handen op naar Uw geboden, die ik liefheb, en overdenk Uw verordeningen. Denk aan het woord gesproken tot Uw dienaar, waarop U mij deed hopen. Dit is mij tot troost in mijn ellende: dat Uw belofte mij levend heeft gemaakt. De hoogmoedigen hebben mij ten zeerste bespot, toch ben ik van Uw wet niet afgeweken. Ik heb gedacht aan Uw oordelen van oude tijden af, HEERE, en heb mij getroost. Grote verontwaardiging heeft mij bevangen vanwege de goddelozen, die Uw wet verlaten. Uw verordeningen zijn mijn gezangen geweest op de plaats waar ik vreemdeling was. HEERE, 's nachts heb ik aan Uw Naam gedacht en ik heb Uw wet in acht genomen. Dat is aan mij gebeurd, omdat ik Uw bevelen in acht genomen heb. De HEERE is mijn deel, ik heb gezegd dat ik Uw woorden in acht zal nemen. Ik heb met heel mijn hart getracht Uw aangezicht gunstig te stemmen; wees mij genadig overeenkomstig Uw belofte. Ik heb mijn wegen overdacht, en mijn voeten gekeerd naar Uw getuigenissen. Ik heb mij gehaast en niet geaarzeld Uw geboden in acht te nemen. Benden goddelozen hebben mij omringd, toch heb ik Uw wet niet vergeten. Midden in de nacht sta ik op om U te loven voor Uw rechtvaardige bepalingen. Ik ben een metgezel van allen die U vrezen en die Uw bevelen in acht nemen. HEERE, de aarde is vol van Uw goedertierenheid; leer mij Uw verordeningen. U bent goed voor Uw dienaar geweest, HEERE, overeenkomstig Uw woord. Leer mij goed onderscheiden en kennen, want ik heb in Uw geboden geloofd. Voordat ik verdrukt werd, dwaalde ik, maar nu neem ik Uw woord in acht. U bent goed en U doet goed, leer mij Uw verordeningen. Hoogmoedigen hebben mij met leugens besmeurd, maar ík neem Uw bevelen met heel mijn hart in acht. Hun hart is zo ongevoelig als vet, maar ík verblijd mij in Uw wet. Het is goed voor mij dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik Uw verordeningen zou leren. De wet uit Uw mond is mij beter dan duizenden stukken goud of zilver. Uw handen hebben mij gemaakt en bereid; geef mij inzicht, zodat ik Uw geboden leer. Wie U vrezen, zien mij en verblijden zich, omdat ik op Uw woord gehoopt heb. Ik weet, HEERE, dat Uw oordelen rechtvaardig zijn en dat U mij in Uw trouw verdrukt hebt. Laat toch Uw goedertierenheid er zijn om mij te troosten, overeenkomstig Uw belofte aan Uw dienaar. Laat Uw barmhartigheid over mij komen, dan zal ik leven, want Uw wet is mijn bron van blijdschap. Laten de hoogmoedigen beschaamd worden, die mij neerdrukten met leugen, maar ík overdenk Uw bevelen. Laten zich tot mij keren wie U vrezen en wie Uw getuigenissen kennen. Laat mijn hart oprecht zijn in Uw verordeningen, dan zal ik niet beschaamd worden.

Psalmen 119:41-80 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

Dat uw goedertierenheid over mij kome, o HERE, uw heil naar uw belofte; opdat ik mijn smader iets hebbe te antwoorden, want ik vertrouw op uw woord. Neem het woord der waarheid niet geheel van mijn mond, want uw verordeningen verbeid ik, opdat ik uw wet bestendig onderhoude, voor altoos en immer. Dan zal ik wandelen op ruime baan, want ik zoek uw bevelen. Ook zal ik voor koningen over uw getuigenissen spreken zonder mij te schamen. Ik toch verlustig mij in uw geboden, die ik liefheb; daarom hef ik mijn handen op naar uw geboden die ik liefheb, en overdenk ik uw inzettingen. Gedenk het woord tot uw knecht, omdat Gij mij hoop hebt gegeven; dit is mijn troost in mijn ellende, dat uw belofte mij levend maakt. Hoezeer overmoedigen mij bespotten, van uw wet wijk ik niet. Als ik denk aan uw verordeningen van ouds, o HERE, dan ben ik getroost. Verontwaardiging greep mij aan vanwege de goddelozen, die uw wet verlaten. Uw inzettingen zijn mij tot snarenspel in het huis van mijn vreemdelingschap. Des nachts gedenk ik uw naam, o HERE, en onderhoud ik uw wet. Dit is mij ten deel geworden, omdat ik uw bevelen bewaar. De HERE is mijn deel, ik heb beloofd uw woorden te onderhouden. Van ganser harte zoek ik uw gunst, wees mij genadig naar uw belofte. Ik overdenk mijn wegen, ik wend mijn voeten naar uw getuigenissen. Ik haast mij en aarzel niet om uw geboden te onderhouden. Hoewel strikken der goddelozen mij omgeven, ik vergeet uw wet niet. Te middernacht sta ik op om U te loven wegens uw rechtvaardige verordeningen. Ik ben een metgezel van allen die U vrezen, en van hen die uw bevelen onderhouden. De aarde is vervuld van uw goedertierenheid, o HERE, leer mij uw inzettingen. Gij hebt goedgedaan aan uw knecht, o HERE, naar uw woord. Leer mij goed onderscheiden en kennen, want ik stel vertrouwen in uw geboden. Eer ik verdrukt werd, dwaalde ik, maar nu onderhoud ik uw woord. Gij zijt goed en goeddoende, leer mij uw inzettingen. Overmoedigen wrijven mij leugens aan, ik houd uw bevelen van ganser harte. Ongevoelig als vet is hun hart, maar ik verlustig mij in uw wet. Het is mij goed, dat ik verdrukt ben geweest, opdat ik uw inzettingen zou leren. De wet van uw mond is mij beter dan duizenden stukken goud en zilver. Uw handen hebben mij gemaakt en toebereid, geef mij verstand, opdat ik uw geboden lere. Zij, die U vrezen, zien mij en verheugen zich, want ik hoop op uw woord. Ik weet, o HERE, dat uw oordelen gerechtigheid zijn, en dat Gij in trouw mij hebt verdrukt. Laat uw goedertierenheid mij tot vertroosting zijn naar uw belofte aan uw knecht. Uw barmhartigheid kome over mij, opdat ik leve, want uw wet is mijn verlustiging. Laten de overmoedigen beschaamd worden, omdat zij mij onverdiend verdrukten; ik overdenk uw bevelen. Laten zich tot mij wenden wie U vrezen, en wie uw getuigenissen kennen. Mijn hart zij onverdeeld in uw inzettingen, opdat ik niet beschaamd worde.

Psalmen 119:41-80 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)

Heer, wees altijd goed voor mij, zoals U me heeft beloofd. Dan heb ik een antwoord aan de mensen die me uitlachen. Want ik vertrouw op uw woord. Laat me vasthouden aan uw waarheid. Want ik vertrouw er op dat U rechtvaardig zal oordelen. Ik zal me altijd aan uw wet houden, voor altijd en eeuwig. Ik zal in vrijheid kunnen leven als ik U gehoorzaam ben. Ook zal ik koningen over uw wetten vertellen, zonder me te schamen. Want ik ben blij met uw wetten. Ik houd van uw woorden. Daarom verlang ik ernaar ze te doen en denk ik er over na. Denk aan wat U mij heeft beloofd, want daar vertrouw ik op. Dit troost mij in alle ellende: dat uw belofte mij hoop heeft gegeven. De mensen die U niet gehoorzamen maken me vreselijk belachelijk. Toch blijf ik me aan uw wet houden. Als ik denk aan uw wetten die U lang geleden heeft gegeven, Heer, dan word ik getroost. Ik word heel boos over de mensen die zich niets van U aantrekken en zich niet aan uw wet houden. Hier op aarde, waar ik als vreemdeling woon, zijn uw leefregels voor mij als een prachtig lied. Zelfs 's nachts denk ik aan U, Heer, zelfs 's nachts houd ik me aan uw wet. Dat komt doordat ik U gehoorzaam ben. De Heer is alles voor mij. Ik heb beloofd me aan uw woord te houden. Met mijn hele hart heb ik tot U gebeden. Wees goed voor mij, zoals U heeft beloofd. Ik denk na over hoe ik leef en probeer uw wetten te volgen. Ik haast me om U te gehoorzamen. Ik aarzel geen moment. Ook al proberen allerlei slechte mensen mij in de val te laten lopen, toch vergeet ik uw wet niet. Midden in de nacht sta ik op om U te prijzen voor uw rechtvaardige wetten. Ik ben een vriend van alle mensen die ontzag voor U hebben, van alle mensen die uw wetten gehoorzamen. Heer, de hele aarde laat zien hoe goed en liefdevol U bent. Leer mij om me te houden aan uw leefregels. U bent goed voor mij geweest, Heer, zoals U had beloofd. Leer mij uw wetten echt te begrijpen. Want ik vertrouw er op. Toen ik me niet aan uw wet had gehouden, kwam ik in moeilijkheden. Maar nu houd ik me aan uw wet. U bent goed en alles wat U doet is goed. Leer mij om me te houden aan uw leefregels. De mensen die U niet gehoorzamen, vertellen leugens over mij rond. Maar ik houd me van harte aan uw wetten. Hun hart is zo ongevoelig als vet, maar uw wet maakt mij blij. Het is goed voor me geweest dat ik in moeilijkheden kwam. Want daardoor heb ik geleerd om me aan uw leefregels te houden. Uw wet is mij meer waard dan duizenden goud- of zilverstukken. Uw handen hebben mij gemaakt. Maak mij nu ook zó verstandig, dat ik zal leren leven volgens uw wetten. Mensen die diep ontzag voor U hebben, zijn blij als ze mij zien. Want ze zien dat ik op uw woord vertrouw. Ik weet, Heer, dat U rechtvaardig bent, en dat U het me moeilijk heeft gemaakt juist omdat U trouw bent. Troost mij nu met uw liefde, zoals U me heeft beloofd. Heb medelijden met me, zodat ik zal leven. Want ik geniet van het doen van uw wet. Zorg ervoor dat de slechte mensen bedrogen uitkomen, want ze hebben me vals beschuldigd. Heer, ik denk na over uw wetten. Geef dat de mensen die ontzag voor U hebben en volgens uw wetten leven, naar mij toe komen. Ik wil U met mijn hele hart gehoorzamen. Dan zal ik nooit tevergeefs op U vertrouwen.