Ezechiël 36:16-18

Ezechiël 36:16-18 HTB

Toen gaf de HERE mij de volgende woorden door: ‘Mensenzoon, toen het volk Israël nog in zijn eigen land woonde, verontreinigde het zijn land met wandaden. Zijn afgoderij was Mij een doorn in het oog. De Israëlieten besmeurden het land met moord en afgodenverering en daarom goot Ik mijn toorn over hen uit.