De Psalmen 31:19-20

De Psalmen 31:19-20 NBG51

Laten de leugenlippen verstommen, die tegen de rechtvaardige verwaten spreken, met trots en hoon. Hoe groot is het goed dat Gij hebt weggelegd voor wie U vrezen, dat Gij bereid hebt voor wie bij U schuilen ten aanschouwen van de mensenkinderen.