De Psalmen 130:1-8

De Psalmen 130:1-8 NBG51

Uit de diepten roep ik tot U, o HERE. Here, hoor naar mijn stem; laten uw oren opmerkende zijn op mijn luide smekingen. Als Gij, HERE, de ongerechtigheden in gedachtenis houdt, Here, wie zal bestaan? Maar bij U is vergeving, opdat Gij gevreesd wordt. Ik verwacht de HERE, mijn ziel verwacht en ik hoop op zijn woord; mijn ziel wacht op de Here, meer dan wachters op de morgen, wachters op de morgen. Israël hope op de HERE, want bij de HERE is goedertierenheid, bij Hem is veel verlossing; Hij zelf zal Israël verlossen van al zijn ongerechtigheden.

Video voor De Psalmen 130:1-8