Het tweede boek Samuël 21:1-3

Het tweede boek Samuël 21:1-3 NBG51

Er was in de dagen van David een hongersnood gedurende drie jaren achtereen; en David zocht het aangezicht des HEREN. De HERE zeide: Op Saul en op zijn huis rust een bloedschuld, omdat hij de Gibeonieten gedood heeft. Toen riep de koning de Gibeonieten en zeide tot hen – de Gibeonieten nu behoorden niet tot de Israëlieten, maar tot de rest der Amorieten en ofschoon de Israëlieten hun een eed hadden gedaan, had Saul in zijn ijveren voor de Israëlieten en voor de Judeeërs getracht hen om te brengen – David zeide dan tot de Gibeonieten: Wat kan ik voor u doen en waarmee kan ik verzoening bewerken, opdat gij het erfdeel des HEREN zegent?