Het tweede boek der Koningen 6:2-7

Het tweede boek der Koningen 6:2-7 NBG51

Laten wij toch naar de Jordaan gaan en ieder een balk daarvandaan halen en laten wij er voor ons een verblijfplaats inrichten om er te wonen. En hij zeide: Gaat. Toen zeide een: Wees zo goed en ga met uw knechten mee. Hij zeide: Ik ga mee. En hij ging met hen mee. Als zij bij de Jordaan gekomen waren, velden zij bomen. En, terwijl een van hen een stam velde, viel het ijzer in het water; en hij slaakte een kreet en riep: Ach, mijn heer, het was geleend! Maar de man Gods zeide: Waar is het gevallen? En toen hij hem de plaats gewezen had, sneed hij een stuk hout af, wierp het daarheen en deed het ijzer bovendrijven. En hij zeide: Neem het op. Hij strekte zijn hand uit en greep het.