Leviticus 19:11-13

Leviticus 19:11-13 HSV

U mag niet stelen, u mag niet liegen en iemand mag zijn naaste niet bedriegen. U mag geen valse eed afleggen in Mijn Naam, en zo de Naam van uw God ontheiligen. Ik ben de HEERE. U mag uw naaste niet afpersen en niet beroven. Het arbeidsloon van de dagloner mag niet de nacht bij u overblijven tot de volgende morgen.