Dood dan uw leden die op de aarde zijn: ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij is.
Door deze dingen komt de toorn van God over de ongehoorzamen.
In deze dingen hebt ook u voorheen gewandeld, toen u in die dingen leefde.
Maar nu, legt ook u dit alles af, namelijk toorn, woede, slechtheid, laster, en schandelijke taal uit uw mond.
Lieg niet tegen elkaar, aangezien u de oude mens met zijn daden uitgetrokken hebt,
en de nieuwe mens aangetrokken hebt, die vernieuwd wordt tot kennis, overeenkomstig het beeld van Hem Die hem geschapen heeft.
Daarbij is niet Griek en Jood van belang, besnedene en onbesnedene, barbaar en Scyth, slaaf en vrije, maar Christus is alles en in allen.
Kleedt u zich dan, als uitverkorenen van God, heiligen en geliefden, met innige gevoelens van ontferming, vriendelijkheid, nederigheid, zachtmoedigheid, geduld.
Verdraag elkaar en vergeef de een de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen.
En kleedt u zich boven alles met de liefde, die de band van de volmaaktheid is.
En laat de vrede van God heersen in uw harten, waartoe u ook in één lichaam geroepen bent; en wees dankbaar.