2 Kronieken 36:11-16

2 Kronieken 36:11-16 HSV

Zedekia was eenentwintig jaar oud toen hij koning werd. Elf jaar regeerde hij in Jeruzalem. Hij deed wat slecht was in de ogen van de HEERE, zijn God, en hij vernederde zich niet voor de ogen van de profeet Jeremia, die sprak op bevel van de HEERE. Bovendien kwam hij in opstand tegen koning Nebukadnezar, die hem een eed had laten afleggen bij God. Hij was halsstarrig, en verstokte zijn hart, zodat hij zich niet bekeerde tot de HEERE, de God van Israël. Verder pleegden alle leiders van de priesters en het volk op grote schaal trouwbreuk, overeenkomstig alle gruweldaden van de heidenvolken. Zij verontreinigden het huis van de HEERE, dat Hij geheiligd had in Jeruzalem. De HEERE, de God van hun vaderen, zond hun vroeg en laat waarschuwende woorden door de hand van Zijn boden, want Hij wilde Zijn volk en Zijn woning sparen. Maar zij spotten met de boden van God, verachtten Zijn woorden en maakten Zijn profeten belachelijk, tot de grimmigheid van de HEERE tegen Zijn volk zo hoog opsteeg dat er geen genezing meer mogelijk was.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met 2 Kronieken 36:11-16

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid