Daniël 1:18-19

Daniël 1:18-19 STV

Ten einde nu der dagen, waarvan de koning gezegd had, dat men hen zou inbrengen, zo bracht ze de overste der kamerlingen in voor het aangezicht van Nebukadnezar, En de koning sprak met hen; doch er werd uit hen allen niemand gevonden, gelijk Daniël, Hananja, Misaël en Azarja; en zij stonden voor het aangezicht des konings.