De Handelingen der Apostelen 1:12-14

De Handelingen der Apostelen 1:12-14 STV

Toen keerden zij wederom naar Jeruzalem, van den berg, die genaamd wordt de Olijfberg, welke is nabij Jeruzalem, liggende van daar een sabbatsreize. En als zij ingekomen waren, gingen zij op in de opperzaal, waar zij bleven, namelijk Petrus en Jakobus, en Johannes en Andréas, Filippus en Thomas, Bartholomeüs en Mattheüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon Zelótes, en Judas, de broeder van Jakobus. Deze allen waren eendrachtelijk volhardende in het bidden en smeken, met de vrouwen, en Maria, de moeder van Jezus, en met Zijn broederen.