De Tweede Brief van den Apostel Paulus aan Timotheüs 4:5-22

De Tweede Brief van den Apostel Paulus aan Timotheüs 4:5-22 STV

Maar gij, wees wakker in alles, lijd verdrukkingen; doe het werk van een evangelist, maak, dat men van uw dienst ten volle verzekerd zij. Want ik word nu tot een drankoffer geofferd, en de tijd mijner ontbinding is aanstaande. Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden; Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid, welke mij de Heere, de rechtvaardige Rechter, in dien dag geven zal; en niet alleen mij, maar ook allen, die Zijn verschijning liefgehad hebben. Benaarstig u haastelijk tot mij te komen. Want Demas heeft mij verlaten, hebbende de tegenwoordige wereld liefgekregen, en is naar Thessalonica gereisd; Krescens naar Galatië, Titus naar Dalmatië. Lukas is alleen met mij. Neem Markus mede, en breng hem met u; want hij is mij zeer nut tot den dienst. Maar Tychikus heb ik naar Efeze gezonden. Breng den reismantel mede, dien ik te Troas bij Karpus gelaten heb, als gij komt, en de boeken, inzonderheid de perkamenten. Alexander, de kopersmid, heeft mij veel kwaads betoond; de Heere vergelde hem naar zijn werken. Van welken wacht gij u ook, want hij heeft onze woorden zeer tegengestaan. In mijn eerste verantwoording is niemand bij mij geweest, maar zij hebben mij allen verlaten. Het worde hun niet toegerekend. Maar de Heere heeft mij bijgestaan, en heeft mij bekrachtigd; opdat men door mij ten volle zou verzekerd zijn van de prediking, en alle heidenen dezelve zouden horen. En ik ben uit den muil des leeuws verlost. En de Heere zal mij verlossen van alle boos werk, en bewaren tot Zijn hemels Koninkrijk; Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen. Groet Priska en Aquila, en het huis van Onesíforus. Erastus is te Korinthe gebleven; en Trófimus heb ik te Miléte krank gelaten. Benaarstig u, om voor den winter te komen. U groet Eubulus, en Pudens, en Linus, en Klaudia, en al de broeders. De Heere Jezus Christus zij met uw geest. De genade zij met ulieden. Amen. «De tweede [brief] aan Timotheüs, aangesteld als eerste opziener van de Gemeente van Efeze, werd uit Rome geschreven, toen Paulus voor de tweede keer voorgeleid werd voor Nero.»

Video voor De Tweede Brief van den Apostel Paulus aan Timotheüs 4:5-22

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met De Tweede Brief van den Apostel Paulus aan Timotheüs 4:5-22