Psalmen 137:1-4

Psalmen 137:1-4 BB

We woonden in Babel langs de rivieren. We zaten daar en huilden als we aan Jeruzalem dachten. We hingen onze citers daar aan de bomen. [ We wilden geen muziek meer maken. ] De mensen die ons gevangen hielden, wilden dat we voor hen zongen. De mensen die ons mishandelden, wilden dat we vrolijk deden. Ze zeiden: "Zing eens voor ons een lied uit Jeruzalem." Maar hoe zouden we in een vreemd land een lied voor de Heer kunnen zingen?