Johannes 10:11-19

Johannes 10:11-19 BB

IK BEN de goede herder. Een goede herder heeft zijn leven over voor de schapen. Maar een gehuurde knecht slaat op de vlucht als hij een wolf ziet aankomen. Hij laat de schapen in de steek en de wolf jaagt de schapen uit elkaar en doodt ze. De knecht vlucht, omdat hij niet zelf de eigenaar van de schapen is. Daarom geeft hij niet echt om de schapen. IK BEN de goede Herder. Ik ken mijn schapen en mijn schapen kennen Mij. Net zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken. Ik heb mijn leven over voor de schapen. Ik heb ook nog andere schapen, die niet bij deze stal horen. Die moet Ik ook bij deze kudde brengen en ze zullen naar mijn stem luisteren. En uiteindelijk zal er nog maar één kudde zijn, met één Herder. De Vader houdt van Mij, omdat Ik vrijwillig mijn leven neerleg en het later weer opneem. Niemand neemt Mij mijn leven af. Ik leg Zelf mijn leven neer. Ik heb de macht om mijn leven neer te leggen en de macht om het weer op te nemen. De Vader heeft Mij de opdracht gegeven om dat te doen." De Joden kregen weer ruzie met elkaar over wat Jezus zei.

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid